De visie in het strategisch beleidsplan Sociaal domein is dat iedereen mee moet kunnen doen. Het strategisch kader en de beleidstheorie geven hier nog steeds richting aan. We zijn in 2019 met een actualisatie van het beleidsplan gestart. Deze wordt in het tweede kwartaal van 2020 ter besluitvorming aangeboden, aangevuld met een evaluatie van de speerpunten uit de subnota's. Op tactisch en operationeel niveau zien we dat op een aantal onderdelen actualisatie van beleid nodig is . Dit betreft in elk geval gezondheidsbeleid en jeugd- en onderwijsbeleid.
7. Programma Zorg en Welzijn, Onderwijs en Jeugd
7.1 Integraliteit Sociaal domein
Inleiding
Terug naar navigatie - InleidingDe visie in het strategisch Beleidsplan sociaal domein vormde het kader waarbinnen op tactisch en operationeel niveau integraal is gewerkt.
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Terug naar navigatie - Wat hebben we daarvoor gedaan?7.1.1 Beleidsontwikkeling
7.1.2 Innovatie
We bouwen verder aan een stevige sociale basis in het sociaal domein om op langere termijn de ondersteuning te kunnen blijven verlenen die nodig is én om als gemeente financieel gezond te blijven. Daarvoor is met ingang van 2019 een Innovatiebudget Sociaal Domein beschikbaar. Hiermee stimuleren we nieuwe uitvoeringspraktijken die inzetten op eigen kracht van inwoners en ondersteuning van buurten en wijken. In 2019 hebben wij een toetsingskader vastgesteld voor financiering van projecten uit het Innovatiebudget. De projecten dragen bij aan het versterken van de eigen kracht en zelfoplossend vermogen van inwoners, waardoor minder noodzaak ontstaat voor het doen van een beroep op specialistische voorzieningen.
In 2019 zijn de volgende innovatieprojecten opgestart:
- Outreachend jongerenconsulent: in 2019 is een outreachend werkende jongerenconsulent aangesteld voor de komende drie jaar. De jongerenconsulent is toegevoegd aan het team Maatschappelijke Zorg en staat onder andere in verbinding met de ketenpartners van onderwijs en welzijn en de wijkagenten, waardoor hij preventief kan optreden door met de jongeren en zijn netwerk contact te maken.
- In het kader van onze lokale aanpak van eenzaamheid zijn we in de Keverdijk gestart met de pilot Vitale Wijken. In dit experiment leren we hoe we relaties (tegen eenzaamheid) in buurtgemeenschappen kunnen bevorderen en versterken. Dit doen we door aan te sluiten bij wat er is, nieuwe gemeenschapskracht aan te boren en ruimte te geven aan wat daaruit ontstaat. De focus ligt op het bevorderen van wederkerigheid en duurzame relaties binnen de buurtgemeenschappen. In paragraaf 7.2.1. vertellen we meer over deze pilot.
- Dierenbuddy's: de Dierenbescherming zet een groepje van vrijwilligers (dierenbuddy's) uit de buurt of de wijk in om kwetsbare huisdiereigenaren te helpen bij de verzorging van hun huisdier. Hiermee wordt voorkomen dat het dier lijdt of dat er gedwongen afstand moet worden gedaan van het huisdier. De dierenbuddy's helpen ook om eenzaamheid te bestrijden en de cohesie in de wijk te versterken. Met deze vorm van vrijwilligerswerk wordt een nieuwe groep mensen geactiveerd.
- Steunouders voor kwetsbare gezinnen: deze pilot is in 2019 voortvarend van start gegaan (er waren al vrij snel ouders die bereid waren om één of meer dagdelen in de week een kind uit een kwetsbaar gezin op te vangen), maar blijkbaar paste dit aanbod niet bij de behoefte van de vraagouders; er zijn geen 'matches' tot stand gekomen. De pilot wordt in 2020 niet gecontinueerd. In samenspraak met Versa is geconstateerd dat deze voorziening te veel capaciteit kost ten opzichte van de opbrengst. Tevens is het lastig om "steunouders" enthousiast te houden, als er geen match tot stand komt.
7.2 Sterke Sociale Basis
Inleiding
Terug naar navigatie - InleidingWe hebben gestuurd op tijdige laagdrempelige hulp in de sociale basis zodat zwaardere individuele voorzieningen minder ingezet hoefden te worden.
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Terug naar navigatie - Wat hebben we daarvoor gedaan?7.2.1 Preventie en Vroeg-signalering
Jeugd en Gezin is in 2019 beter bereikbaar en zichtbaarder geworden o.a. door publicaties op social mediakanalen. De jeugdverpleegkundigen van Jeugd en Gezin zijn voortaan het vaste aanspreekpunt van ouders. Via het digitaal klantportaal kunnen ouders afspraken maken, groeicurves van hun kind inzien en de vaccinatie-momenten volgen. Jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen zijn anders gepositioneerd. Hierdoor hebben jeugdartsen meer tijd beschikbaar voor complexe of zwaardere situaties. De samenwerking tussen de ketenpartners is verbeterd, waardoor doorverwijzing, op- en afschaling van zorg sneller gaat.
Voor de aanpak van eenzaamheid hebben we ons in het afgelopen jaar aangesloten bij de landelijk coalitie ‘Een tegen Eenzaamheid’ van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Om invulling te geven aan de aanpak van eenzaamheid hebben we in 2019 een start gemaakt met de notitie ’Verbonden Buurten'. We beschrijven daarin de lokale aanpak van eenzaamheid op hoofdlijnen. Deze notitie ronden we in het tweede kwartaal van 2020 af. Kern van onze aanpak is dat we inzetten op het versterken van de sociale netwerken in buurtgemeenschappen. We sluiten daarvoor aan bij de unieke kenmerken en context van buurten en wijken. In 2019 hebben we deze aanpak in een eerste experiment in de pilot "Vitale Wijken" in de Keverdijk verkend. Daarin hebben we geëxperimenteerd met data gedreven werken voor het vinden van aangrijppunten om nieuwe krachten in de buurt aan te boren en buurtgemeenschappen te versterken. De pilot biedt handvatten om nieuwe sociale verbindingen te ondersteunen, te versterken en te verduurzamen. In 2020 krijgt deze methodiek een vervolg met de wijkontwikkelplannen, die we samen met de wijkbewoners gaan ontwikkelen. Verder werken we vanuit het inclusieprogramma "iedereen doet mee" aan het vormen van een lokale coalitie tegen eenzaamheid. In 2019 zijn daarvoor de eerste oriënterende gesprekken gevoerd. Dit wordt in 2020 verder opgepakt en moet leiden tot een breed gedragen coalitie en een lokale agenda voor de aanpak van eenzaamheid. Ook hebben we op bestuurlijk niveau regionale samenwerking geïnitieerd om te komen tot een regionale coalitie tegen eenzaamheid. Doel is het uitwisselen van kennis en ervaringen tussen regiogemeenten en kernpartners en samenwerking bij het bevorderen van bewustwording rondom eenzaamheid.
7.2.2 Laagdrempelige voorzieningen
Onafhankelijke cliëntondersteuning
Niet alle inwoners zijn bekend met het aanbod van formele onafhankelijke cliëntondersteuning in Gooise Meren van stichting MEE. Daarom hebben we geïnvesteerd in de bekendheid van cliëntondersteuning bij inwoners en professionals bijvoorbeeld tijdens de seniorenmarkt en in een nieuwe folder op over onafhankelijke cliëntondersteuning gemaakt. De folder ligt op diverse strategische plekken in de gemeente. MEE bereikt steeds meer inwoners. De ondersteuning betrof informatie, onafhankelijk advies en algemene ondersteuning, met als doel het versterken van de zelfredzaamheid en participatie van inwoners. Hier valt ook de ondersteuning aan mantelzorgers onder. MEE werkt samen met andere partijen zoals de wijkcoaches, Versa Welzijn, Boogh, Sherpa en de consulenten van de gemeente.
De voorbereidingen voor het ontwikkelen van een sociale kaart zijn gestart. Met deze kaart kunnen inwoners en professionals in de toekomst makkelijk achterhalen welke organisaties welke voorzieningen en diensten leveren.
Nieuwkomers
De 'oude' 3 sleutelpersonen zijn uitgestroomd naar een betaalde baan. In 2019 zijn nieuwe sleutelpersonen uit de doelgroep, via Versa Welzijn, opgeleid door de VNG. De rol van sleutelpersonen is om statushouders wegwijs te maken in de Nederlandse samenleving. De sleutelpersonen doen ook mee met een pilot van de VU-Amsterdam en i-psy (interculturele psychiatrie). In deze pilot worden sleutelpersonen getraind in het voeren van gesprekken met licht getraumatiseerde Syriërs.
Daarnaast zijn er ook groepsvoorlichtingen gegeven over mondhygiëne, ziektekostenverzekeringen, bijzondere bijstand, het maken van een CV en solliciteren. Een grote groep statushoudersvrouwen uit Naarden is in 2019 gestart met zwemlessen, gesponsord door derden in samenwerking met de Zandzee. In samenwerking met het Nederlandse Rode Kruis en de sleutelpersonen van Versa Welzijn hebben 25 statushoudersvrouwen een AED-training gevolgd en allemaal hun AED-certificaat gehaald.
Ontmoetingsplekken
We willen dat er voldoende plekken zijn waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Het buurthuis is een ontmoetingsplek die verbindt en deel uitmaakt van de identiteit van de buurt. We ondersteunen daarom initiatieven voor het realiseren van buurtkamers in o.a. Muiderberg en Muiden (Maria Hoeve). We faciliteren de samenwerking in het nieuwe multifunctioneel centrum Keverdijk in Naarden.
7.2.3 Mantelzorgondersteuning
In 2019 zijn we gestart met het opstellen van een Actieplan Mantelzorgondersteuning met als doel overbelasting van mantelzorgers te voorkomen. Als input voor het actieplan hebben we interviews gehouden met ervaringsdeskundige mantelzorgers, professionals en verschillende organisaties. In het concept actieplan is daarom als een van de speerpunten opgenomen dat er met name aandacht besteed moet worden aan communicatie rondom mantelzorg(ondersteuning). Dat wil zeggen dat mantelzorgers bewust moeten worden van het feit dat ze mantelzorger zijn, dat ze weten waar de ondersteuning te vinden is en om te inventariseren of er behoefte is aan andere vormen van ondersteuning dan de huidige. Een tweede belangrijke aspect waaraan in het concept actieplan aandacht wordt besteed, is het verbinden van formele en informele zorg om te komen tot goede combinaties van zorg en ondersteuning op maat. Het plan zal medio 2020 gereed zijn.
In oktober 2019 is de kick-off geweest van de 'proeftuin klantreis mantelzorg' ( gezamenlijk met Hilversum). Doel van deze proeftuin is mantelzorgers te ondersteunen vanaf het moment van de diagnose van de zorgvrager en het identificatiemoment van de mantelzorger om overbelasting van de mantelzorger te voorkomen. Om deze pilot te kunnen uitvoeren zijn er een aantal zogenaamde 'meedenkers' nodig. Bij voorkeur is de meedenker bekend met lokale zorgpartijen en (sociale) initiatieven. Voor de gemeente Gooise Meren hebben we twee professionals gevonden die de rol van meedenker willen vervullen. De pilot is gestart met zorgvragers die niet aangeboren hersenletsel hebben en hun mantelzorgers.
7.2.4 Gezondheid
7.2.5 Onderwijskansenbeleid
Een succesvolle schoolloopbaan
In 2019 zijn we gestart met de voorbereidingen voor het nieuwe onderwijskansenbeleid (voorheen: onderwijsachterstandenbeleid). Binnen dit beleid wordt rekening gehouden met de teruglopende rijksmiddelen. Ook is er een regeling voor kinderopvang voor peuters van ouders zonder kinderopvangtoeslag, voor minima en voor doelgroeppeuters voor vroeg- en voorschoolse educatie.
Leerlingenvervoer
Het leerlingenvervoer is een wettelijke taak van de gemeente. Het vervoer stelt leerlingen in staat passend onderwijs te volgen, hetzij tijdelijk in een schakelklas, hetzij op het Speciaal (Voortgezet) Onderwijs. In april 2019 is een nieuwe Verordening leerlingenvervoer vastgesteld. De belangrijkste wijziging is dat de mogelijkheid voor het heffen van een eigen bijdrage voor vervoer van leerlingen naar het Speciaal Basisonderwijs is afgeschaft. De vastgestelde beleidsregels geven meer duidelijkheid aan inwoners over de wijze van uitvoering en de wijze van berekening van vergoedingen in geval van eigen vervoer. De aanbesteding van het vervoer is regionaal belegd. In de regio Gooi- en Vechtstreek is het proces om te komen tot besluitvorming over voortaan inbesteden van doelgroepenvervoer ingezet. Onder doelgroepenvervoer wordt verstaan leerlingenvervoer, Wmo-taxi voor sociaal-recreatief vervoer, vervoer naar jeugdhulp e.d. Het doel is efficiëntere uitvoering en daarmee meer kwaliteit van doelgroepenvervoer, ten gunste van de dienstverlening aan onze kwetsbare inwoners.
7.2.6 Onderwijshuisvesting
In 2019 zijn de Vondelschool, de Juliana Daltonschool, SBO de Indon en de Tweemaster gestart met de voorbereiding van hun renovatie en/of nieuwbouwplannen, conform het Integraal Huisvestingsplan (IHP).
Er is een second opinion opgesteld naar alternatieve scenario's voor tijdelijke huisvesting ten behoeve van de scholen, omdat de gemeenteraad vragen heeft gesteld over onder meer noodzaak en hoogte van de reservering voor tijdelijke huisvesting en mogelijke alternatieven. Een externe partij is verzocht het IHP te analyseren en onderzoek te doen naar alternatieve huisvestingsscenario’s (permanent en tijdelijk) voor de scholen.
De Bussumse Montessorischool is gestart met de uitvoering van fase 1 van hun renovatie. De school is tijdelijk gehuisvest in het semipermanente schoolgebouw aan de Amersfoortsestraatweg 12a.
We zijn gestart met de engineeringsfase (uitwerken van het ontwerp naar uitvoeringstekeningen) van het Kindcentrum Muiderkring (De Krijgsman) in Muiden.
7.2.7 Aanpak knelpunten bij het aantrekken en behouden van leerkrachten
Terug naar navigatie - 7.2.7 Aanpak knelpunten bij het aantrekken en behouden van leerkrachtenIn 2019 zijn we gestart met het inventariseren van het lerarentekort in Gooise Meren. In 2020 gaan we hiermee door. Daarnaast zijn we, samen met de Regio Gooi en Vechtstreek, betrokken bij de plannen van het primair en voortgezet onderwijs over de besteding van de rijkssubsidie lerarentekort.
7.3 Maatwerk bieden
Inleiding
Terug naar navigatie - InleidingWanneer algemene voorzieningen in het voorveld niet volstonden, is specialistisch maatwerk op indicatie ingezet, passend bij de hulpvraag van onze inwoners.
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Terug naar navigatie - Wat hebben we daarvoor gedaan?7.3.1 Toegang
De toegang is er voor alle inwoners van Gooise Meren. We willen dat inwoners passende ondersteuning krijgen voor hun hulpvraag op het gebied van zorg, jeugdhulp en werk en inkomen. We onderzoeken de situatie van de inwoner met een ondersteuningsvraag, helpen met de verwijzing naar de juiste instantie en houden daarbij rekening met de privacy. Samenwerking met het voorveld, zoals de wijkcoaches, maatschappelijk werk of Jeugd en Gezin, is hierbij belangrijk voor de inwoner. De inwoner met een hulpvraag wijzen we op de mogelijkheid van de gratis inzet van onafhankelijke cliëntondersteuning van bijvoorbeeld Stichting MEE bij het gesprek met de gemeente. MEE levert informatie, onafhankelijk integraal advies en algemene ondersteuning aan inwoners, op vele terreinen en in alle levensfasen, met het oog op zelfredzaamheid en participatie. Vanuit dat oogpunt helpt MEE inwoners ook bij sociale netwerkversterking.
Jeugd
De toegang tot jeugdhulp verloopt niet alleen via de gemeente, maar ook via de huisarts. We zien dat huisartsen niet altijd voldoende zijn toegerust om jeugdproblematiek te beoordelen en zetten daarom in op ondersteuning van huisartsen op dit gebied. De huisartsen zijn in 2019 ondersteund via het Consultatie- en Adviesteam; in dit team zit onder anderen een jeugdarts en een gedragsdeskundige met deskundigheid op het gebied van jeugd-ggz. We blijven de wachttijden en wachtlijsten monitoren. Regionaal is er een werkgroep wachtlijstproblematiek ingesteld, waarin jeugdaanbieders, huisartsen en gemeenten zitting hebben. Doel is het gezamenlijk oplossingen ontwikkelen voor het beperken van wachttijden in de jeugdhulp. Op het moment dat op individueel casusniveau wachttijden onacceptabel zijn, wordt overbruggingshulp ingezet.
Wmo
We hebben ervoor gezorgd dat passende ondersteuning snel is ingezet. Wachttijden hebben we zoveel mogelijk voorkomen. Zo hebben we geanticipeerd op de toename van complexe Wmo-problematiek als gevolg van het langer thuiswonen, door rekening te houden met de extra tijd die het onderzoek in deze gevallen kost en door de capaciteit in de Taakgroep Wmo uit te breiden met 1 fte.
7.3.2 Aanbod / inkoop
De ingekochte individuele voorzieningen jeugdhulp zijn als maatwerkvoorzieningen verstrekt aan jeugdigen en hun ouders als zij deze hulp nodig bleken te hebben. Het is gebleken dat er meer vraag is naar jeugdhulp, zoals jeugd-ggz. Dit blijft een aandachtspunt in het sociaal domein. Ook preventie en demedicalisering blijven inzet van beleid. Dat laatste geldt ook voor volwassenen.
Ingekocht maatwerk zoals individuele begeleiding, dagbesteding en vervoer van volwassenen, zijn ingezet wanneer oplossingen in het voorveld niet of onvoldoende waren. Doordat ouderen langer thuis blijven wonen zien we een groei in het beroep op huishoudelijke hulp, versterkt door de aanzuigende werking van het lage abonnementstarief.
7.4 Bescherming en opvang
Inleiding
Terug naar navigatie - InleidingDe meest kwetsbaren in de samenleving kregen de bescherming, hulp, ondersteuning en opvang die zij nodig hadden.
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Terug naar navigatie - Wat hebben we daarvoor gedaan?7.4.1 Bescherming en opvang voorzieningen
7.4.2 Huiselijk geweld en kindermishandeling
Huiselijk geweld, kindermishandeling, ouderenmishandeling en seksueel geweld
In 2019 hebben wij het Actieprogramma Gooi en Vechtstreek 2019-2021 'Geweld Hoort Nergens Thuis' ontwikkeld, samen met de regiogemeenten, de maatschappelijke ketenpartners, met het Zorg en Veiligheidshuis en met Veilig Thuis. Doel van het Actieprogramma is geweld terug te dringen, de schade ervan te beperken en zo de cirkel van geweld, de overdracht van generatie op generatie, te doorbreken. De ambitie is geweld eerder en beter in beeld te hebben en duurzaam te stoppen. Duurzaam oplossen van dit geweld vergt een lange adem. Om het verschil te maken, zetten we de komende jaren concrete stappen op basis van dit Actieprogramma. Zie ook RM1658670.
Door de invoering van de aangescherpte Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling en de radarfunctie zijn in 2019 bij Veilig Thuis meer meldingen van geweld binnen gekomen. De formatie bij Veilig Thuis is daarom uitgebreid. De medewerkers van de gemeente zijn door de vertrouwensarts van Veilig Thuis getraind in de uitvoering van de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Zodat de medewerkers signalen van geweld beter kunnen herkennen. En weten hoe te handelen volgens de meldcode om het geweld te laten stoppen. Er zijn bij de Uitvoeringsdienst Sociaal Domein twee meldcode-functionarissen aangesteld.
Daarnaast hebben we deelgenomen aan de bewustwordingscampagne 'Orange the World' over geweld tegen vrouwen. En aan de publiekscampagne 'Open je ogen' tegen mensenhandel.
Geweld in de huiselijke situatie kan op den duur leiden tot een uithuisplaatsing. Door de uitvoering van het project 'Verblijf' willen we uithuisplaatsing van jeugdigen voorkomen. Het project 'Verblijf' is uitgevoerd. Resultaat van dit project is een door de regiogemeenten gedeelde visie 'Zo thuis mogelijk opgroeien'. Dit betekent onder andere ontwikkelen van 24-uurs ambulante voorzieningen als alternatief voor verblijf.
7.4.3 Maatschappelijke uitval jongeren voorkomen
We willen de maatschappelijke uitval (door dakloosheid, criminaliteit, verslaving en het niet behalen van een startkwalificatie) van kwetsbare jongeren voorkomen. We ontwikkelen een integrale aanpak voor hulp en ondersteuning voor 16-27 jarigen. We hebben in 2019 een outreachend werkende jongerenconsulent aangesteld, bekostigd vanuit het Innovatiebudget Sociaal Domein. Dit budget biedt ruimte voor de komende drie jaar. Deze jongerenconsulent werkt vanuit het team Maatschappelijke Zorg en staat in verbinding met de ketenpartners onderwijs en welzijn, waardoor hij preventief kan optreden. Om maatschappelijke uitval te voorkomen zetten we op casusniveau Plan 18 in voor de overgang van 18- naar 18+. Met Plan 18 komt goed in beeld wat er nog georganiseerd moet worden in de overgang naar volwassenheid.
7.5 Dierenwelzijn
Inleiding
Terug naar navigatie - InleidingHet dierenwelzijn is bevorderd.
Wat hebben we daarvoor gedaan?
Terug naar navigatie - Wat hebben we daarvoor gedaan?7.5.1 Dierenwelzijn
Gemeenten zijn vanuit de wet verantwoordelijk voor het dierenwelzijn binnen hun gemeentegrenzen. De gemeente Gooise Meren wil het dierenwelzijn bevorderen. De gemeente heeft in 2019 voor het eerst beleid vastgesteld op het gebied van dierenwelzijn. De beleidsnotitie geeft aan hoe de komende periode uitvoering wordt gegeven aan de wettelijke taken en de regisserende rol van de gemeente op het gebied van zorg en bescherming van dieren. Om de ambities op het vlak van dierenwelzijn te verwezenlijken, is nadrukkelijke samenwerking nodig met samenwerkingspartners, zoals Goois Natuur Reservaat, de Dierenbescherming en plaagdierenbestrijders. Van de gemeentelijke organisatie vraagt dit een integrale aanpak van de afdelingen Openbare ruimte, Sociaal domein en Vergunningen, Toezicht en Handhaving. De beleidsnotitie is tot stand gekomen in samenspraak met maatschappelijke samenwerkingsorganisaties die zich actief bezighouden met dierenwelzijn. Met hen is onder meer het gesprek aangegaan over het verbeteren van dierenwelzijn, waardoor de ambities zijn aangescherpt. In het najaar van 2019 werden we geconfronteerd met een tijdelijke sluiting van het Vogelasiel. Naar aanleiding daarvan heeft Gooise Meren regionaal gesprekken opgestart om tot een betere beleidsmatige en financiële borging van het dierenwelzijn te komen.
Beleidsindicatoren
Terug naar navigatie - Beleidsindicatoren
Taakveld 4. Onderwijs
Nr. | Naam Indicator | Eenheid | Bron |
Realisatie 2018 GM |
Begroot 2019 GM |
Realisatie 2019 GM |
Realisatie 2019 gemeenten 50.000 - 100.000 inwoners | Beschrijving | Toelichting |
17. | Absoluut verzuim | Aantal per 1.000 inwoners in de leeftijd 5-18 jaar | Ingrado | "niet voldoende data jongeren, schooljaar 2017-2018" | Niet begroot | Geen cijfers bekend | 1,8 (in schooljaar 2017-2018) | Het aantal leerplichtigen dat niet staat ingeschreven op een school, per 1.000 inwoners lft. 5-18 jaar. | Ingrado heeft nog geen cijfers na schooljaar 2017-2018
Er zijn wel meer lokale en regionale gegevens beschikbaar: https://bestuur.gooisemeren.nl/fileadmin/user_upload/1762115_RM_Jaarverslag_RBL_2018-2019.pdf |
18. | Relatief verzuim | Aantal per 1.000 inwoners in de leeftijd 5-18 jaar | Ingrado | 20,28 in schooljaar 2017-2018 | Niet begroot | Geen cijfers bekend | 24,11 (in schooljaar 2017-2018) | Het aantal leerplichtigen dat wel staat ingeschreven op een school, maar ongeoorloofd afwezig is, per 1.000 inwoners lft. 5-18 jaar. | Ingrado heeft nog geen cijfers na schooljaar 2017-2018 |
19. | Vroegtijdig schoolverlaters zonder startkwalificatie (vsv-ers) | % deelnemers aan het VO en MBO onderwijs | Ingrado | 0,9 % in schooljaar 2017-2018 | Niet begroot | Geen cijfers bekend | 1,88 % (in schooljaar 2017-2018) | Het percentage van het totaal aantal leerlingen (12 – 23 jaar) dat voortijdig, dat wil zeggen zonder startkwalificatie, het onderwijs verlaat. | Ingrado heeft nog geen cijfers na schooljaar 2017-2018 |
Taakveld 6. Sociaal Domein
Nr. | Naam Indicator | Eenheid | Bron |
Realisatie 2018 GM |
Begroot 2019 GM |
Realisatie 2019 GM |
Realisatie 2019 gemeenten 50.000 - 100.000 inwoners | Beschrijving | Toelichting |
29. | Jongeren met jeugdhulp | % van alle jongeren tot 18 jaar | CBS | 6 | 6,4 | 5,8 | 8 | Het percentage jongeren tot 18 jaar met jeugdhulp ten opzicht van alle jongeren tot 18 jaar. | |
30. | Jongeren met jeugdbescherming | % van alle jongeren tot 18 jaar | CBS | 0,6 | 0,6 | 0,6 |
1,1 landelijk gemiddelde van alle gemeenten |
Het percentage jongeren tot 18 jaar met een Jeugdbeschermings-maatregel ten opzichte van alle jongeren tot 18 jaar. | Getal realisatie 2019 betreft realisatie eerste helft 2019. CBS publiceert de cijfers over het tweede halfjaar 2019 eind april 2020. |
31. | Jongeren met jeugdreclassering | % van alle jongeren van 12 tot 23 jaar | CBS | 0,2 | 0,1 | 0,2 |
0,3 landelijk gemiddelde van alle gemeenten |
Het percentage jongeren (12-22 jaar) met een jeugdreclasserings-maatregel ten opzichte van alle jongeren (12-22 jaar). |
Getal realisatie 2019 betreft realisatie eerste helft 2019. CBS publiceert de cijfers over het tweede halfjaar 2019 eind april 2020. De realisatie 2019 is 0,1 hoger dan begroot. Het aantal daadwerkelijke aantal cliënten is voor tweede helft 2018 en eerste helft 2019 gelijk gebleven: 15 cliënten. Het aantal daadwerkelijke aantal jeugdreclasseringstrajecten is voor tweede helft 2018 en eerste helft 2019 gelijk gebleven: 15 trajecten. |
32. | Cliënten met een maatwerkarran-gement WMO | Aantal per 10.000 inwoners |
GMSD
|
600 (2e halfjaar 2017) |
560 (2e half jaar 2017) |
Referentiegemiddelde op basis van 327 deelnemende gemeenten. Een maatwerkarrangement is een vorm van specialistische ondersteuning binnen het kader van de Wmo. |
|
Wat heeft het gekost?
Terug naar navigatie - Wat heeft het gekost?Exploitatie | Realisatie 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2019 (na wijziging) | Realisatie 2019 | |
---|---|---|---|---|---|
Lasten | |||||
626 Onderwijshuisvesting | 3.704 | 3.719 | 3.466 | 3.724 | |
627 Overige onderwijs | 1.734 | 2.024 | 2.063 | 2.117 | |
628 Collectieve voorzieningen | 3.451 | 3.763 | 3.893 | 3.942 | |
629 Maatwerkvoorzieningen wmo | 6.817 | 8.634 | 8.871 | 9.940 | |
630 Maatwerkvoorzieningen jeugd | 10.293 | 10.459 | 11.536 | 11.871 | |
631 Opvang en beschermd wonen | 6.839 | 5.318 | 5.316 | 6.428 | |
632 Gezondheidszorg | 2.287 | 2.505 | 2.694 | 2.450 | |
Totaal Lasten | 35.124 | 36.423 | 37.839 | 40.471 | |
Baten | |||||
626 Onderwijshuisvesting | -24 | 0 | 0 | -21 | |
627 Overige onderwijs | -311 | -244 | -187 | -292 | |
628 Collectieve voorzieningen | -113 | -133 | -133 | -108 | |
629 Maatwerkvoorzieningen wmo | -698 | -737 | -737 | -403 | |
630 Maatwerkvoorzieningen jeugd | -22 | 0 | 0 | -12 | |
631 Opvang en beschermd wonen | -6.425 | -5.388 | -5.388 | -6.692 | |
632 Gezondheidszorg | -10 | 0 | 0 | -1 | |
Totaal Baten | -7.603 | -6.503 | -6.445 | -7.529 | |
Gerealiseerd saldo van baten en lasten | 27.521 | 29.920 | 31.394 | 32.941 | |
Stortingen | |||||
626 Onderwijshuisvesting | 0 | 0 | 2.100 | 2.100 | |
629 Maatwerkvoorzieningen wmo | 1.234 | 0 | 0 | 0 | |
Totaal Stortingen | 1.234 | 0 | 2.100 | 2.100 | |
Onttrekkingen | |||||
626 Onderwijshuisvesting | 0 | 0 | -5.823 | -5.770 | |
627 Overige onderwijs | -2 | -2 | -204 | -205 | |
628 Collectieve voorzieningen | -30 | -300 | -300 | -180 | |
630 Maatwerkvoorzieningen jeugd | 0 | -15 | -30 | 0 | |
Totaal Onttrekkingen | -32 | -317 | -6.357 | -6.155 | |
Mutaties reserves | 1.201 | -317 | -4.257 | -4.055 | |
Gerealiseerd resultaat | 28.722 | 29.603 | 27.137 | 28.887 |
Toelichting financiële verschillen
Terug naar navigatie - Toelichting financiële verschillenToelichting verschillen Realisatie 2019 t.o.v. Begroting inclusief wijzigingen 2019 |
||
Onderdeel programma 7 | Verschil (x € 1.000) |
V/N (V= voordeel, N= nadeel) |
Doorbelastingen Doorbelasting kosten ambtelijk apparaat, nadere toelichting zie verschillenanalyse programma 9. |
-279 | N |
Onderwijshuisvesting Er zijn kosten voor de tijdelijke huisvesting gemaakt die niet levensduur verlengend zijn en dus niet geactiveerd mochten worden, maar wel noodzakelijk zijn voor tijdelijke huisvesting. Dit zorgt voor een overschrijding in de exploitatie van € 169k. Voorgesteld zal worden dit te dekken uit de reserve tijdelijke huisvesting onderwijs bij de resultaat bestemming. |
-169 | N |
Overig Onderwijs Er is een voordeel op kinderopvang, omdat er minder wordt uitgegeven aan subsidies voor peuterspeelzalen (€ 223k v). Hier staan hogere kosten voor leerlingenvervoer (€ 81k N) tegenover. Daarnaast zijn er hogere lasten voor Gemeenschappelijke taken onderwijs (€ 61k N), doordat de kosten voor bewegingsonderwijs 2018 in 2019 zijn geboekt en door een hogere bijdrage aan de regio voor Leerplicht. Vanaf 2019 wordt hierover BTW gerekend omdat de Regio optreedt als ondernemer bij het uitvoeren van de Leerplichtwet. |
81 |
V |
WMO |
-1.386 | N |
Jeugd |
-296 | N |
Opvang en beschermd wonen Het overschot betreft de restitutie Bescherming en Opvang 2018, die in 2020 ingezet zal worden voor lokale actielijnen Bescherming en Opvang. |
210 |
V |
Gezondheidszorg De onderschrijding wordt met name veroorzaakt door een dubbel in de begroting opgenomen bedrag voor rijksvaccinatie (€ 125k V). Daarnaast zijn er kosten geboekt op het product Collectieve Voorzieningen, waardoor er een voordeel is ontstaan (€ 80k V). |
272 |
V |
Overige verschillen < € 70.000 | 20 | V |
Totaal voor reserves | - 1.547 | N |
Reserves | ||
Reserve Sociaal Domein In 2019 zijn niet alle CUP projecten tot stand gekomen. Derhalve wordt er € 120.000 minder onttrokken aan de Reserve Sociaal Domein. |
-120 |
N |
Overige verschillen | -83 | N |
Totaal na reserves | - 1.750 | N |