Hoofdlijnen

Beleid

1.1. Inleiding

Terug naar navigatie - 1.1. Inleiding

1.1 Inleiding

Voor Gooise Meren was 2021 het laatste volledige jaar van deze coalitieperiode. Het jaar stond vooral in het teken van het uitvoeren van werkzaamheden en projecten. Dit was, in combinatie met het voortduren van Covid-19 en het vinden van een duurzame balans in de begroting, geen geringe opgave. Wij sluiten 2021 met een positief gevoel af.

Covid-19
Ook in 2021 werd het nieuws gedomineerd door Covid-19. Ondanks de vaccinaties bleef het coronavirus zijn weerslag hebben op de activiteiten van Gooise Meren, zowel rechtstreeks als indirect.

De pandemie bracht goede dingen voort. De digitalisering heeft door de beperkingen een enorme impuls gekregen. Zo is er veel meer gebruik gemaakt van het digitale loket door inwoners (81% van de producten bij Burgerzaken) en worden we steeds beter in het  organiseren van online-bijeenkomsten. Daarnaast gingen diverse evenementen gewoon door, zoals bijvoorbeeld het Erfgoedfestival. Verder hebben we veel ‘on the job’ kunnen leren over crisisbeheersing en ontstonden er nieuwe vrijwilligersinitiatieven waarbij werd omgezien naar kwetsbare inwoners. 
De coronacrisis kende ook enkele nadelige effecten. Zo konden door diverse maatregelen (onder andere de lockdown en de beperking van de groepsgrootte) werkzaamheden niet in zijn volle omvang worden opgepakt en live bijeenkomsten met inwoners niet doorgaan. Tegelijkertijd zagen we ook de doorwerking van de pandemie op de marktomstandigheden. Zo waren grondstoffen lastig aan te leveren en werden aanbestedingen daardoor duurder en beperkter. 

Samenwerking en participatie
Het is ons gelukt om stappen te zetten in de verwezenlijking van onze ambities om beleid om te zetten naar uitvoering, in de samenwerking met verschillende partners en het versterken van onze positie in regionaal verband.
We zagen een toenemende participatie met inwoners, buurgemeenten en andere ketenpartners bij het realiseren van onze plannen. Wijkagenda’s zijn opgesteld, omgevingstafels voor bijvoorbeeld Naarderheem en de Verlosserkerk werden afgerond en de skatebaan Westbatterij en het Calisthenicspark achter het gemeentehuis zijn gerealiseerd in samenspraak met de omgeving. Op het bestuurlijke vlak is Gooise Meren meer in positie gebracht waar het gaat om een nadrukkelijke rol als regionale speler, zowel in het fysieke domein (MRA) als in het sociaal domein (Jeugd). 

Leefomgeving
Diverse projecten in de openbare ruimte zijn conform planning uitgevoerd of opgestart, zoals de herinrichting van de Vlietlaan en de Beerensteinerlaan, het Integraal Kind Centrum Muiden en de Oostelijke Vestingwerken Muiden. De beheerplannen voor de openbare ruimte zijn vastgesteld, waarbij een balans is gevonden tussen onderhoudsniveau, beheersbare kosten en duurzaamheid.
Verder worden de eigen vastgoedobjecten verduurzaamd (denk aan zonnepanelen) in samenwerking met ketenpartners. Ook de voorbereiding op de Omgevingswet krijgt steeds meer gestalte door de opstelling van de Omgevingsvisie en het Omgevingsplan. De energietransitie blijft  een belangrijke landelijke opgave waarbij de gemeenten voortrekker zijn. In 2021 is, met als basis een inwonersinitiatief, in Muiderberg gestart met een uniek project: een warmtenet op basis van aquathermie. 

Samenleving
Ook in deze tijd was er ruime aandacht voor onze kwetsbare inwoners, maatschappelijke instellingen en ondernemers. Wij hebben geprobeerd deze inwoners, instellingen en ondernemers zo goed mogelijk te steunen om deze moeilijke tijd te doorstaan We hebben de toegankelijkheid van onze gemeente verbeterd door een brede frontoffice in te richten. Inwoners kunnen daar fysiek en digitaal terecht voor praktische zaken als vergunningen, maar ook voor sociale ondersteuning. Er is hulp geboden aan de gedupeerden van de toeslagenaffaire met financiële steun en bemiddeling in trajecten. Er zijn met hulp van de woningcorporaties ongeveer 80 statushouders gehuisvest. Daarnaast constateren we dat het inbesteden van het doelgroepenvervoer een betere dienstverlening aan onze kwetsbare inwoners heeft opgeleverd. 

Arbeidsmarkt
Door de krappe arbeidsmarkt blijkt het een uitdaging om kwalitatief goede medewerkers aan te trekken.  Diverse vacatures werden niet (tijdig) ingevuld, zodat niet alle ambities konden worden gerealiseerd. In een economie die op volle toeren draait, heeft vooral de publieke sector het op de arbeidsmarkt moeilijk. Dit maakt het nog belangrijker om als gemeente Gooise Meren een aantrekkelijke overheid te zijn om voor te werken.  

Bijgestelde ambities
In het licht van bovengenoemde positieve ontwikkelingen in 2021 moest de planning van enkele ambities noodgedwongen worden uitgesteld, zoals het opzetten van een marketingorganisatie, uitvoeren leefbaarheidsprojecten en het opstellen van een Kustvisie. We hebben namelijk bewuste keuzes gemaakt om de dingen die wel opgepakt konden worden goed te doen. In beginsel worden deze ambities doorgeschoven naar komend jaar. De uitvoering zullen we echter telkens opnieuw afwegen op relevantie en prioriteit. Hiermee voorkomen we dat de planning van onze ambities uiteindelijk een hypotheek legt op de ambities voor de komende periode van een nieuw college en raad.

Financiën

Financieel

Terug naar navigatie - Financieel

Ieder jaar bij de jaarrekening kijken we terug op onze financiën en beoordelen we ons financiële beleid.
In de jaarstukken 2021 leest u hoe we met onze middelen zijn omgegaan; wat we hebben bereikt, wat we daarvoor hebben gedaan en wat dat heeft gekost en wat dat betekent voor onze financiële positie.

1.2.1 Rekeningresultaat

De jaarrekening 2021 sluiten we af met een positief resultaat van € 4,5 mln. Op hoofdlijnen wordt het verschil verklaard door de volgende oorzaken.

1. Salariskosten en cao effect (V 1,3 mln.)
Eind 2021 is overeenstemming bereikt voor een nieuwe cao voor gemeenteambtenaren tot 1 januari 2023. Voor 2021 betekent dit een salarisstijging vanaf december en een eenmalige vergoeding. Omdat in de begroting was gerekend met een stijging van 3,1% over het gehele jaar leidt dit in 2021 tot een voordeel. Zoals in paragraaf 1.1 gemeld was het lastig om vacatures ingevuld te krijgen. Ook dit leidt tot een financieel voordeel.

2. Pensioenen en wachtgelden (N 0,7 mln.)
De toevoeging aan de voorziening wachtgeld en pensioenen is € 687.000 hoger dan geraamd. Dit komt voornamelijk door een toevoeging in verband met arbeidsongeschiktheid van een ex wethouder en een algehele herberekening in verband met een langere levensverwachting voor pensioengerechtigden.

3. Dotatie voorziening personele kosten (N 0,3 mln.)
De toevoeging aan de voorziening personele kosten laat een nadeel zien van ongeveer € 312.000. Dat wordt met name veroorzaakt door UWV-verplichtingen en/of begeleidings- en mobiliteitskosten van werknemers die (verplicht) zijn vertrokken.

4. Degeneratievergoeding wegen (V 0,4 mln.)
Na het aanleggen van kabels en leidingen moet straatwerk worden hersteld of vernieuwd. Hiertoe worden bijdragen ontvangen van de energieproducenten. In 2021 was dit aanzienlijk hoger dan geraamd.

5. Esco/voorziening De Zandzee (V 1,0 mln.)
In 2021 is een Prestatie Contract voor Energie, Comfort en Onderhoud ondergebracht in een Esco (energy service company). Omdat daarmee het meerjaren onderhoud is uitbesteed kan het saldo van de, op basis van het vastgestelde onderhoudsplan, gevormde onderhoudsvoorziening vrijvallen. Dit levert een incidenteel voordeel op.

6. Project De krijgsman (N 0,5 mln.)
Vanuit de projectontwikkelaar zijn diverse claims ingediend tegen Gooise Meren ten aanzien van vermeende afspraken uit het verleden. Hierover loopt nu een uitgebreide arbitragezaak. Daarmee zijn aanzienlijke advies en juridische kosten gemoeid.

7. Groen (V 0,4 mln.)
Door de weersomstandigheden zijn onkruid, gras en beplanting het hele jaar door hard gegroeid. Maar met name door capaciteitsproblemen bij aannemers vanwege corona zijn er minder werkzaamheden verricht. Hierdoor hebben de aannemers niet volledig aan hun verplichtingen kunnen voldoen; dit heeft ertoe geleid dat er een korting is opgelegd. 

8. BUIG  (V 0,5 mln.)
Er is een voordeel op de uitkeringen doordat er meer uitstroom is en de landelijke trend waardoor minder beroep wordt gedaan op de participatiewet.

9. Sociaal domein (N 0,8 mln.)
De collectieve voorzieningen, WMO, Jeugd en Bescherming en opvang laten een nadeel zien. Dit is nog onder voorbehoud van de definitieve afrekening van de regio.

10. Actualisatie grondexploitatie (V 0,3 mln.)
De grondexploitatie Bredius is geactualiseerd. Op basis van deze actualisatie is de netto contante waarde minder negatief geworden. Hierdoor kan een deel van de vorig jaar getroffen verliesvoorziening vrijvallen. Dit heeft een voordelig resultaatseffect. 

11.Vrijval reserve Godelindeschool (V 0,4 mln.)
Conform regelgeving dient de reserve ter dekking van de kapitaallasten (lees afschrijvingslasten) even hoog te zijn als de boekwaarde. Omdat bij de vorming van de reserve ook rekening was gehouden met de rentecomponent moet van de reserve een deel vrijvallen.

12. Algemene baten (V 0,5 mln.)
Er zijn extra middelen ontvangen (decembercirculaire) die niet meer verwerkt konden worden in de begroting, terwijl afrekeningen van voorgaande jaren hebben geleid tot iets lagere ontvangsten. Daarnaast is sprake van meeropbrengsten voor OZB niet-woningen, omdat enerzijds de begrote leegstand ten gevolge van corona minder hoog was waardoor er meer aanslagen zijn opgelegd en anderzijds door het opleggen van oude jaren, omdat nog niet alles was getaxeerd.

13. Overige posten (V 1,0 mln.)
Naast bovengenoemde posten diverse kleinere voor- en nadelen te onderscheiden. Per saldo is sprake van een voordeel. 

14. Over te hevelen budget (V 1,0 mln.)
Een aantal andere budgetten is niet (volledig) uitgegeven. Anders gezegd: van enkele incidentele budgetten, waar in 2021 gemaakte afspraken aan ten grondslag liggen, zijn/worden de werkzaamheden, deels door de coronacrisis zoals eerder gemeld, later dan verwacht gestart en naar alle waarschijnlijkheid voortgezet in 2022. De financiële verplichtingen en dekking, die in 2021 zijn aangegaan, moeten hiertoe worden overgeheveld naar het boekjaar 2022. Dit levert in totaal een voordeel op van € 1,0 miljoen. Voorbeelden hiervan zijn het schadeherstel aan asfalt rijwegen, baggeren van de Singelgracht, opstart Marketingorganisatie Gooise Meren Marketing, uitwerking Kustvisie, de 1e en 2e tranche Maatschappelijk ondersteuningsfonds en groenwerkzaamheden gekoppeld aan leefbaarheid. U vindt hierover meer informatie bij de betreffende programma’s.


1.2.2 Voorstel resultaatsbestemming

Het voorstel is om het totaalresultaat ad. € 4,5 mln. als volgt te bestemmen:
- Overheveling budgetten naar 2022: € 1,0 mln.
- Toevoeging vrijval verliesvoorziening grondexploitatie Bredius aan de Algemene Reserve Grondexploitatie: € 0,3 mln.
- Toevoegen resterend resultaat 2021 aan de Algemene Reserve: € 3,2 mln.

 

1.2.3 Ontwikkeling financiële positie

Weerstandsvermogen
De algemene reserve en bestemmingsreserves hebben als doel om specifiek gemeentelijk beleid te bekostigen en dienen als buffer om eventuele onverwachte tegenvallers op te vangen. Hierdoor wordt voorkomen dat bij tegenvallers direct moet worden bezuinigd of de belastingen moeten worden verhoogd. 
Gedurende 2021 is het eigen vermogen van de gemeente gelijk gebleven op € 49 miljoen. Hierbij is het resultaat van deze jaarrekening meegenomen (€ 4,5 mln. voordeel). De hiertegenover staande daling houdt met name verband met de incidentele inzet van reserves voor projecten zoals de Omgevingswet, Leefbaarheid, Energietransitie. De gemeente Gooise Meren bezit hiermee een stevige buffer om tegenvallers op te vangen.

De financiële kengetallen, zoals opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen, onderstrepen de huidige robuuste financiële situatie waarin Gooise Meren zich bevindt. De schuldenlast, structurele exploitatieruimte en het grondexploitatierisico van Gooise Meren scoren ten opzichte van de normen zeer goed. Dit geldt ook voor de solvabiliteit. Deze is wel iets verlaagd ten opzichte van 2020 en is een aandachtspunt. De woonlasten (vertaald in de ratio belastingcapaciteit) liggen iets boven het landelijk gemiddelde. Maar dit moet in verhouding worden gezien met het ruime aanbod van voorzieningen in Gooise Meren. De provincie Noord-Holland heeft mede op basis van deze financiële kengetallen besloten dat het lichtste (repressieve) toezichtregime voor Gooise Meren dit jaar voldoet.

Meerjarenperspectief
De huidige meerjarenbegroting 2022-2025 laat een structureel positief exploitatiesaldo zien, maar dat structurele saldo biedt vooralsnog weinig tot geen ruimte voor nieuwe ambities. Hierop komen we in de Perspectiefbrief 2023-2026 bij u terug.

Investeringen
Investeringen lopen vaak meerdere jaren. Gedurende het jaar wordt de (financiële) voortgang van de investeringen gemonitord en hierover wordt via de planning- en control cyclus gerapporteerd. In de jaarstukken geven we aan welke investeringen in 2021 zijn afgesloten, wat de (financiële) stand van zaken is per 31 december en lichten we eventuele overschrijdingen van kredieten toe. Op basis van de analyse van de stand van zaken worden in het eerste Voortgangsverslag van het nieuwe begrotingsjaar eventuele noodzakelijke bijstellingen van investeringskredieten voorgesteld. Datzelfde gebeurt, zo nodig, bij het tweede Voortgangsverslag. In de perspectiefnota en de begroting worden eventuele nieuwe investeringen voorgesteld, maar wordt ook de totale investeringsplanning beoordeeld op haalbaarheid qua uitvoering en financiële haalbaarheid. Een en ander mede in het licht van het kapitaallastenplafond.

Investeringen in de jaarstukken kunnen vanuit verschillende invalshoeken worden geanalyseerd:  
1.    Zo kan er gekeken worden naar de totale uitputting van de gevoteerde kredieten: van de totale gevoteerde investeringen ca. € 70,5 mln. is ultimo 2021 59% uitgegeven. Omdat investeringen vaak over meerdere jaren heenlopen zegt de uitputting per jaareinde echter niet alles over de voortgang. 
2.    Daarnaast kan gekeken worden naar de lopende- en voorgenomen investeringen waar op 31 december nog geen uitgaven voor zijn gedaan. (Voorgenomen investeringen zijn investeringen waar de raad nog een apart raadsvoorstel voor moet ontvangen, maar waarvan de kapitaallasten al wel zijn verwerkt in de begroting). Over 2021 gaat het bij de lopende investeringen om een bedrag van ca. € 2 mln. en bij de voorgenomen investeringen om een bedrag van ca. € 8 mln. De redenen voor het doorschuiven van investeringen liggen deels in corona, maar ook deels in onvoldoende ambtelijke capaciteit of in vertraging door aanbestedingsprocedures. Daarbij moet wel gerealiseerd worden dat met het doorschuiven van investeringen ook een beslag gelegd wordt op de ambtelijke uitvoeringscapaciteit. Het is mede daarom van belang om regelmatig de investeringsplanning te actualiseren. Daarbij moet er een gezonde balans zijn tussen het ambitieniveau en het realiteitsgehalte.
3.    Tot slot leggen investeringen een beslag op liquiditeiten; investeren kost nu eenmaal geld; de gemeente moet extra geld aantrekken om investeringen te bekostigen. Als uiteindelijk (veel) minder wordt geïnvesteerd dan is voorgenomen dan heeft dat uiteindelijk een gunstig effect op de financiële kengetallen. Voor 2021 betekent dit dat de netto schuldquote 27% lager is dan geraamd. De solvabilteitsratio is 3,5% hoger dan geraamd. Ons streven is om het verschil tussen de kengetallen in de begroting en de jaarrekening zo klein mogelijk te houden.

Leeswijzer

1.3 Leeswijzer

Terug naar navigatie - 1.3 Leeswijzer

1.3.1 Uitgangspunten
In het kader van de voorbereiding van de fusie zijn richtlijnen ontwikkeld voor de producten uit de planning en control cyclus inclusief de jaarstukken. Deze richtlijnen worden sindsdien gehanteerd. De indeling en inhoud van de Jaarstukken 2021 zijn dan ook gelijk aan die van de Programmabegroting 2021-2024. In deze jaarstukken herkent u dan ook de opzet van de programmabegroting. Daar waar het bij de begroting draait om vragen als: wat willen we bereiken, wat gaan we ervoor doen en wat mag het kosten, zoemen de jaarstukken in op: wat hebben we bereikt, wat is daarvoor gedaan en wat heeft het gekost? 
De paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de jaarstukken. U vindt hier informatie over lokale heffingen, het weerstandsvermogen en de risicobeheersing, onderhoud van kapitaalgoederen, financiering, bedrijfsvoering, verbonden partijen en het grondbeleid.

1.3.2 COVID-19 paragraaf
Ook voor verslagjaar 2021 hebben we een speciale coronaparagraaf in de jaarstukken opgenomen. In deze speciale paragraaf gaan we nader in op de maatschappelijke- en financiële effecten van de coronacrisis voor Gooise Meren.

1.3.3 Beleidsindicatoren
Op grond van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) zijn gemeenten gehouden om in de programma’s in de begroting (artikel 8 BBV) en in de programmaverantwoording in het jaarverslag (artikel 25 BBV) de beoogde en gerealiseerde maatschappelijke effecten van de verschillende programma’s toe te lichten volgens zogenoemde beleidsindicatoren. Bij ministeriële regeling is daartoe een uniforme lijst van beleidsindicatoren vastgesteld. Daarbij is ook voorgeschreven welke bron gemeenten voor de verantwoording moeten gebruiken. Op de website Waarstaatjegemeente.nl kan iedereen deze indicatoren en andere gegevens van de gemeente vergelijken met andere gemeenten in Nederland. Omdat  de verplichte indicatoren over het algemeen onvoldoende zeggen over de effectiviteit van het beleid is met de raad afgesproken om eigen indicatoren te ontwikkelen die deze informatie wel bieden en die daarmee ook sturingsmogelijkheden geven. In de voorliggende Jaarstukken 2021 zijn voor het product Duurzaamheid (Programma 5) de eerste indicatoren opgenomen. De vanuit de regelgeving verplichte beleidsindicatoren per programma zijn opgenomen in een bijlage.

1.3.4 Toelichting op verschillen
In deze jaarstukken proberen wij zo goed mogelijk toe te lichten waarom er afwijkingen zijn tussen de voorgenomen plannen uit de begroting en wat er daadwerkelijk gerealiseerd is. Ook de financiële over- en onderschrijdingen worden verklaard. Er zijn nog enkele situaties waar ogenschijnlijke onder- en overschrijdingen verklaard worden door ‘technische redenen’. In deze gevallen zijn het budget en de kosten niet op dezelfde post terecht gekomen. Als kosten op een andere plek in de begroting geboekt staan, geeft dat het beeld van een overschrijding terwijl op de plek van het budget een onderschrijding te zien is. Deze vertekening speelt specifiek bij het toerekenen van de salarislasten aan de diverse programma’s in de begroting. Dit komt door de gewijzigde BBV-regeling over het toerekenen van salarislasten aan de diverse programma’s.