Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Risicobeheersing

Terug naar navigatie - Risicobeheersing

Deze paragraaf heeft als doel: het inzicht geven in het beleid van de gemeente met betrekking tot risico`s, het totaal aan financiële risico`s afzetten tegen de beschikbare middelen en inzicht en beoordeling van de financiële positie aan de hand van kengetallen.

In de Nota Risicomanagement is vastgelegd dat bij de begroting en jaarstukken een zo actueel mogelijke beeld wordt gepresenteerd over de risico's.  Het betreft een momentopname waarbij wordt gerapporteerd over wat er is gebeurd en wat we nog verwachten. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de incidentele en structurele risico`s en weerstandscapaciteit en bij de top 10 van financiële risico`s zijn ook de beheersmaatregelen benoemd. Door onderscheid te maken in de incidentele en structurele weerstandscapaciteit en risico`s kunnen beide ook in relatie tot elkaar worden geanalyseerd. Zo kan er een ratio worden gegeven voor het totaal aan weerstandsvermogen alsook voor alleen het incidentele en structurele deel. Hierbij geldt dat er voor het structurele deel uitgegaan wordt van het totaal over 1 jaar aan beschikbare en benodigde (structurele) weerstandscapaciteit.

 

Risicomanagement

Ambitie risicomanagement Gooise Meren:
Er is open en transparante communicatie over risico’s via dialoog. De onderkende risico’s worden gewogen en beheerst en de organisatie kent een goede balans tussen risico’s nemen en beheersen (risicobereidheid). Door iedereen bewust te maken van de meerwaarde en het werken met risico`s te integreren in de processen, zal het meer en meer vanzelfsprekend worden.

Door inzicht in de (financiële) risico’s is de organisatie in staat om bewust besluiten te nemen. Om inzicht in de risico’s te verkrijgen, worden er risico-inventarisaties uitgevoerd. De inventarisatie wordt gedurende het jaar bijgewerkt. Hieronder wordt verslag gedaan van de resultaten van de meest recente risico-inventarisatie om een zo actueel mogelijk beeld te geven. Op basis van de geïnventariseerde risico’s is de benodigde weerstandscapaciteit berekend. Dit wordt afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit om het weerstandsvermogen van Gooise Meren te berekenen.

 

Risicoprofiel
Om de risico's van Gooise Meren in kaart te brengen, is een risicoprofiel opgesteld. Dit risicoprofiel is tot stand gekomen met behulp de applicatie NARIS® (NAR Risicomanagement Informatie Systeem), waarmee risico's systematisch in kaart zijn gebracht en beoordeeld. In totaal zijn 114 grote financiële risico's in beeld gebracht. De geïnventariseerde risico’s zijn in klassen ingedeeld en geplaatst in een risicokaart. De risicokaart geeft inzicht in de spreiding van de risico’s naar kans en gevolg/impact. De nummers in de risicokaart corresponderen met de aantallen risico’s, die zich in het desbetreffende vak van de risicokaart bevinden. Een risico dat in het groene gebied zit, vormt geen direct gevaar voor de continuïteit van de organisatie. Een risico dat een score heeft in het oranje gebied, vraagt om aandacht. Een risico met een risicoscore in het rode gebied vereist directe aandacht om te voorkomen dat de continuïteit van de organisatie wordt bedreigd. Preventieve of reducerende maatregelen kunnen de kans of het gevolg terugbrengen naar een niveau dat een meer acceptabele waarde heeft.

 

Top 10 financiële risico`s

In onderstaande tabel zijn tien risico’s gepresenteerd, die de hoogste bijdrage hebben aan de benodigde weerstandscapaciteit. In deze tabel leest u een korte omschrijving van het risico, een beschrijving van het verwachte financiële gevolg, de beheersmaatregelen en het percentage dat aangeeft hoeveel procent dit risico bijdraagt aan het verwachte totale financiële gevolg (€ 11.134.940 zie ‘Benodigde weerstandscapaciteit’). Dit zijn dus de tien risico`s die de grootste verwachte financiële impact hebben. In de laatste kolom is aangegeven of het risico ten opzichte van de laatste gepresenteerde stand (Begroting 2023) nieuw (N) of ongewijzigd (O) is in de top 10. De stand van de laatste risico-inventarisatie wordt gebruikt om een zo actueel mogelijk beeld te geven. 

Nr.  Risico Financieel gevolg Beheersmaatregel Invloed N=Nieuw in top 10,          O=Ongewijzigd
1  Krijgsman: Door de KNSF is een arbitragezaak aangespannen over een aantal onderdelen van de Vaststellingsovereenkomst (VOK), die de gemeente en de KNSF/ Krijgsman in 2014 hebben gesloten. De arbitragezaak is nog lopende. De gemeenteraad zal over de stand van zaken vertrouwelijk worden geïnformeerd.  Incidenteel: Hogere uitgaven en mogelijke budgetoverschrijding.  Zorgvuldige juridisch begeleiding en dossieropbouw. 16,3% O
2 Warmtenet Muiderberg: Door het (nog) niet kunnen binnenhalen van subsidies van het rijk loopt het project vertraging op en is de businesscase van het Warmtebedrijf nog niet sluitend. Hierdoor kunnen ook sommige koppelkansen met onderhoudsprojecten niet worden benut. Incidenteel: Hogere uitgaven en niet kunnen terugvorderen lening. Nieuwe scenario`s uitwerken met het Warmtebedrijf en zoeken naar nieuwe financieringsmogelijkheden. 10,16% O
3 Jeugd: De verwachting is een toename van de uitgaven voor individuele jeugdhulp, vanwege een stijging van de vraag. Deze stijging kent verschillende oorzaken:
- een toename van het aantal jeugdigen dat jeugdhulp ontvangt in lijn met de trend van de afgelopen jaren;
- een toename van de kosten per jeugdige door inzet van zwaardere en dus duurdere vormen van jeugdhulp (o.a. Verblijf);
- uitstroom uit jeugdhulp die achterblijft bij de instroom, doordat jeugdigen steeds langer jeugdhulp ontvangen.
De verwachting is ook dat de coronapandemie meer problematiek bij jeugdigen en in gezinnen heeft veroorzaakt. Dat is, los van bovenstaande oorzaken, een extra impuls voor de vraag naar jeugdhulp.
Structureel: Hogere uitgaven en mogelijke budgetoverschrijding. Monitoren effecten en aanpassen prognoses. Maatregelen volgen uit de regionale ‘Verkenning naar een financieel gezond sociaal domein’. 5,73% O
4 ICT Ransomware en phishing: De ICT systemen en- of data wordt ontoegankelijk. Systemen zullen niet beschikbaar zijn en gegevens zullen niet meer te openen zijn. De dienstverlening naar interne medewerkers en burgers zal hier hinder van ondervinden Incidenteel: Hogere uitgaven voor het terugzetten van data en/of opnieuw opzetten van systemen, inhuur expertise. Inzetten op bewustwording medewerkers informatiebeveiliging. Tweestaps-  verificatie, back-ups, etc. 3,62% O
5 Wmo: Sinds de invoering van het abonnementstarief (vaste lage eigen bijdrage ongeacht duur en omvang hulp- en ondersteuning) ontvangen gemeenten minder eigen bijdragen. Daarnaast heeft het abonnementstarief een aanzuigende werking bij vooral de huishoudelijke hulp. Verder is er toename van Wmo-kosten door:
-een autonome groei a.g.v. vergrijzing
-een hogere instroom a.g.v. ambulantisering en kortdurende opnames in ziekenhuizen waardoor inwoners eerder naar huis gaan en een beroep doen op de Wmo
- hogere instroom jongvolwassen (20 tot 40 jaar) door geen perspectief op werk.        
Structureel: Hogere uitgaven en mogelijke budgetoverschrijding. Het kabinet stelt geen middelen beschikbaar om dit financieel te compenseren, wel is over een periode van 3 jaar een monitor ingesteld.   Monitoren effecten en aanpassen prognoses.
Aankaarten problematiek en noodzaak hogere vergoedingen bij het Rijk. Aanpassen budgetten. 
3,24% O
6 Arbeidsmarkt: door krapte op de arbeidsmarkt zijn vacatures moeilijk te vervullen en nemen de kosten van werving toe. Inhuur is nodig voor vacatures die niet ingevuld kunnen worden. Incidenteel: extra inhuur, niet alle taken uitvoeren  Sturen op arbeidscommunicatie (Corporate Recruiter aangenomen) om toch de juiste mensen te vinden.  2,65% N
7 Dagbesteding vervoer: Onderzoek vervoer
dagbesteding zorgaanbieder King Arthur Groep en zorgaanbieder Onvergetelijk Leven (regionale pilot is verlengd). Doel:
1. zorgen dat dagbesteding beschikbaar blijft voor ouderen in Gooi en Vechtstreek;
2. beter inzicht krijgen in de on)mogelijkheden van bundeling van het dagbestedingsvervoer met het Wmo-vervoer en het leerlingenvervoer. Contracten worden opengebroken.
Structureel: Hoger uitgaven bij
nieuwe contracten
Pilot goed evalueren en punten
meenemen bij nieuwe contracten
2,62% O
8 Vestingwallen: Budget voor de vestingwallen is taakstellend en de markt heeft te maken met hoge inflatie.
Als de scope voor het herstel van de vestingwallen en de herinrichting van het Vestingplein wijzigt kan de gemeente niet voldoen aan de subsidieverplichtingen van de provincie Noord Holland.

De visie zoals vastgesteld in 2018 zal niet in zijn geheel uitgevoerd kunnen worden. 
Wijziging van de scope (versobering) heeft gevolgen voor de beschikbaar gestelde bijdrage van de provincie.

De provincie is betrokken bij het proces van het opstellen van het Nota van Uitgangspunten. In het Nota van Uitgangspunten zijn diverse varianten opgenomen voor het herstel van de oostelijke vestingwallen en het vestingplein. De raad wordt gevraagd om een keuze te maken. 2,62% N
9 Juridische procedures en behandelen WOB/WOO-verzoeken

Structureel: Hogere uitgaven en mogelijke budgetoverschrijding. Extra beslag op ambtelijke organisatie en rechtzaakkosten

Zorgvuldige juridisch begeleiding en dossieropbouw. 2,34% O
10 Bouwkosten: Aanbesteding van het werk valt hoger uit dan geraamd of er zijn geen bouwers te vinden. Structureel: Hogere uitgaven en mogelijke budget en krediet overschrijdingen. Uitstel van projecten. Meerdere aanbieders benaderen. Aanpassen budgetten en kredieten. 2,11% O
 

Toelichting grootste wijzigingen top 10

Voorgedaan risico :
Sociaal domein Jeugd en Wmo: Ook in 2022 is het noodzakelijk geweest om de budgetten voor Wmo en Jeugd bij te stellen. Dit is voornamelijk het gevolg van de stijging van de vraag naar jeugdzorg waarbij zwaardere en daarmee ook duurdere vorm van zorg nodig is. De hogere lasten voor WMO zijn het gevolg van de nog steeds stijgende vraag naar WMO middelen zoals huishoudelijk hulp.

Nieuw in de top 10:
Arbeidsmarkt: door toegenomen krapte op de arbeidsmarkt zijn vacatures moeilijker te vervullen en moet waarschijnlijk meer worden ingehuurd. 
Vestingwallen: de hoge inflatie maakt dat het budget wellicht niet toereikend is. De kans bestaat dat de visie uit 2018 niet geheel kan worden uitgevoerd of dat de scope moet worden aangepast.

Uit de top 10:
pandemie COVID: De pandemie heeft weinig directe impact meer op de gemeentelijke financiën. 
project Crailo: het risico van het niet behalen van een positief resultaat van de grondexploitatie is buiten de top 10 terecht gekomen door de nieuwe risico's die hierboven zijn vermeld. 

Weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen
Benodigde weerstandscapaciteit
Op basis van de ingevoerde risico's is een Monte-Carlo risicosimulatie uitgevoerd. Deze simulatie berekent duizenden keren per risico het gevolg maal de kans. De risicosimulatie wordt toegepast, omdat het reserveren van het maximale risicobedrag ongewenst is. De risico's zullen immers niet allemaal tegelijk en in hun maximale omvang optreden. Uit de simulatie volgt dat bij een betrouwbaarheidspercentage van 90% alle risico`s kunnen worden afgedekt met een bedrag van € 10.319.471.  Op basis van de incidentele risico`s is dit € 6.768.863  en voor het structurele deel € 3.550.608.
 
Beschikbare weerstandscapaciteit

De beschikbare weerstandscapaciteit van gemeente Gooise Meren bestaat uit het geheel aan middelen dat de organisatie daadwerkelijk beschikbaar heeft om de risico's in financiële zin af te dekken. De samenstelling en omvang van de beschikbare weerstandscapaciteit is in de onderstaande tabel opgenomen.

Onderscheid kan worden gemaakt in incidentele en structurele weerstandscapaciteit. Dit is wenselijk, omdat je een risico met structurele gevolgen niet structureel mag dekken met een reserve en anderzijds voor een incidenteel risico niet bijvoorbeeld het OZB tarief wil verhogen of beleid structureel wil aanpassen.

Voor het berekenen van de onbenutte belastingcapaciteit kan worden gekeken naar de drie belangrijkste inkomsten van de gemeente te weten: OZB, afvalstoffenheffing en rioolrechten. Omdat de afvalstoffenheffing en rioolheffing maximaal kostendekkend zijn, wordt bij de berekening van de onbenutte belastingcapaciteit alleen naar de OZB gekeken. De onbenutte belastingcapaciteit bij de OZB is zo groot als het verschil tussen het gehanteerde tarief en het tarief om tot een artikel 12 gemeente gerekend te worden. Let op: de onbenutte belastingcapaciteit is niet direct in te zetten en vraagt nog wel eerst om politieke besluitvorming. Bij elke perspectiefnota en begroting kunnen er meerjarige keuzes gemaakt worden om structureel alle uitgaven te dekken.

Beschikbare weerstandscapaciteit 2022 Incidenteel Structureel Totaal
Algemene reserve € 32.890.579   € 32.890.579
Onvoorzien  

€ 10.000

€ 10.000

Begrotingsruimte      
Onbenutte belastingcapaciteit   €14.553.182 € 14.553.182

Totale weerstandscapaciteit  

€ 32.890.579 € 14.563.182 € 47.453.760
 
 
Ratio weerstandsvermogen
Om te bepalen of het weerstandsvermogen toereikend is, moet de relatie worden gelegd tussen de benodigde weerstandscapaciteit (financieel gekwantificeerde risico's) en de beschikbare weerstandscapaciteit. De relatie tussen beide componenten, ook wel ‘weerstandsratio’, wordt in onderstaande figuur en tabel weergegeven, waarbij het van belang is dat de beschikbare capaciteit groter is dan de benodigde capaciteit.
 
 
 
 
Ratio weerstandsvermogen 2022 Incidenteel Structureel Totaal
Benodigde capaciteit € 6.768.863 € 3.550.608 € 10.319.471
Beschikbare capaciteit € 32.890.579 € 14.563.182 € 47.453.760
Ratio 4,9 4,1 4,6
Om te weten of de berekende ratio een ‘uitstekend’ of ‘onvoldoende’ vermogen aangeeft, wordt onderstaande tabel gebruikt van de Universiteit Twente. De norm is in de Nota Reserves en Voorzieningen vastgesteld op minimaal een C (1.0-1.4). De ratio van Gooise Meren valt voor zowel incidenteel als structureel in klasse A. Dit duidt op een uitstekend weerstandsvermogen.
 
 
Verloop Weerstandsvermogen
Hieronder wordt het verloop van het weerstandsvermogen ratio weergegeven. Kanttekening hierbij is dat de berekeningswijze vanaf 2022 iets is veranderd en dat het lastig is om voor de toekomst te bepalen welke risico`s er zijn. Maar ook met de oude berekening laat het meerjarig beeld, net als hieronder, zien dat het ratio iets afneemt, maar nog steeds in de categorie uitstekend valt. De daling ten opzichte van eerdere jaren wordt met name veroorzaakt door de afname van de Algemene Reserve, die als belangrijkste dekkingsmiddel geldt.
 
 
 
Verloop weerstandsvermogen Rekening 2020 Begroting 2021 Rekening 2021 Begroting 2022 Rekening 2022
Ratio (totaal) 4,2 4,8 3,0 5,0 4,6

Kengetallen

Terug naar navigatie - Kengetallen
Hieronder worden de wettelijk bepaalde kengetallen gepresenteerd en vervolgens toegelicht. De netto schuldquote en de solvabiliteitsratio worden in de begrotingsperiode vooral beïnvloed door het forse volume aan voorgenomen investeringen. Dit vraagt om zorgvuldige beoordeling van de wensen, prioritering en het maken van keuzes.
 

Verloop van de kengetallen

Rekening

2020

Begroting

2021

Rekening

2021 

Begroting

2022

Rekening

2022

Netto schuldquote

60,3% 98,3% 69,5% 87,8% 71,4%

Netto gecorrigeerde schuldquote

60,1% 98,3% 69,3% 87,8% 71,2%

Solvabiliteitsratio

22,0% 17,2% 21,3% 18,3% 21,9%

Structurele exploitatieruimte

1,4% 0,8% 2,2% 0,1% 5,1%

Grondexploitatie

4,2% 5,6% 4,9% 4,4% 4,7%

Belastingcapaciteit

107,7% 108,2% 103,5% 110,9% 106,2%
 
 
Netto gecorrigeerde schuldquote
Netto gecorrigeerde schuldquote (= schuldlast ten opzichte van eigen middelen). De nettoschuld betreft de totale schuldlast (aangegane leningen). De schuldlast verminderd met alle doorgeleende/verstrekte leningen leidt tot een gecorrigeerde nettoschuld.
Categorie A = kleiner dan 90% het minst risicovol
Categorie B = 90-130% matig risico
Categorie C = groter dan 130% zeer risicovol
 
Toelichting:
De netto schuldquote valt in 2022 onder categorie A, minst risicovol. Door een hoog volume aan voorgenomen investeringen neemt het risico wel toe.
 
Solvabiliteit
Solvabiliteitsratio (= in hoeverre is de gemeente in staat om aan haar financiële verplichtingen te voldoen).
Categorie A = groter dan 50% het minst risicovol
Categorie B = 20-50% matig risico en
Categorie C = kleiner dan 20% zeer risicovol
 
Toelichting:
De Algemene Reserve stijgt in het afgelopen jaar door de incidentele voordelen en het percentage valt in de categorie matig risico.
 
Structurele exploitatieruimte
Structurele exploitatieruimte (= welke structurele ruimte heeft de gemeente om haar eigen lasten te dragen).
Categorie A = groter dan 0% het minst risicovol
Categorie B = 0% matig risico
Categorie C = kleiner dan 0% zeer risicovol
 
Toelichting:
De structurele exploitatieruimte is positief, ofwel alle structurele lasten worden gedekt door structurele baten en valt daarmee in de categorie minst risicovol.
 
Grondexploitatierisico
Grondexploitatie (= hoe verhoudt de waarde van de grond zich tot de totale (geraamde) baten)
Categorie A = kleiner dan 20% het minst risicovol
Categorie B = 20-35% matig risico
Categorie C = groter dan 35% zeer risicovol
 
Toelichting:
Met 4,7% valt Gooise Meren onder categorie A. Dit risico is voor Gooise Meren erg laag, omdat de gemeente weinig grondexploitaties heeft en ook de financiële omvang klein is. De belangrijkste grondexploitatie betreft de gebiedsontwikkeling Bredius.
 
Belastingcapaciteit
Belastingcapaciteit (= hoe verhoudt de belastingdruk zich ten opzichte van het landelijke gemiddelde).
Categorie A = kleiner dan 95% het minst risicovol
Categorie B = 95-105% matig risico
Categorie C = groter dan 105% zeer risicovol
 
Toelichting:
De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen, wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. De gemiddelde woonlasten liggen iets hoger dan gemiddeld in Nederland. Dit komt voornamelijk door de hogere WOZ-waarden van de woningen in Gooise Meren, ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Dat zorgt voor een gemiddeld hogere OZB (onroerendezaakbelasting). Het percentage (tarief per eenheid) van de OZB in Gooise Meren ligt onder het gemiddelde van Nederland. Dat tarief van Gooise Meren (0,0645) ligt ruim onder het door het Ministerie bepaalde 'redelijk peil' voor toelating tot artikel 12 voor 2021, zijnde 0,1800 (i.c. berekening onbenutte belastingcapaciteit). Hoewel Gooise Meren met 106,2% onder categorie C (zeer risicovol) valt, zien wij  het kengetal ‘belastingcapaciteit’ hierdoor niet als risico.
 
Beoordeling van de onderlinge verhouding van de kengetallen

In de nota Beoordeling Kengetallen is een andere wijze van presenteren voorgesteld, met name om de kengetallen samen te beoordelen. We volgen hierbij de eerder door de raad vastgestelde berekening, waarbij alle kengetallen worden gewaardeerd en leiden tot een rapportcijfer. De streefwaarde voor Gooise Meren voor dat rapportcijfer is vastgesteld op 7 (6,9), de minimumwaarde op 6 (5,9).
Voor een duurzame balans in de begroting zijn een goede ratio weerstandsvermogen en een goed rapportcijfer kengetallen essentieel. Het rapportcijfer in 2022 komt met een 8,3 ruim boven de streefwaarde (7) uit.

KENGETALLEN
Rapportcijfer Minst risicovol (A) Neutraal (B) Meest risicovol (C)
% Punten % Punten % Punten
Netto (gecorrigeerde) schuldquote <90 3 90-130 2 >130 1
Solvabiliteitsratio >50 4 20-50 2,7 <20 1,3
Grondexploitatie <20 1,5 20-35 1 >35 0,5
Structurele exploitatieruimte >0 1 0 0,6 <0 0,3
Belastingcapaciteit <95 0,5 95-105 0,3 >105 0,1
Totaalcijfer 10 6,6 3,2
Rapportcijfer Rekening 2020 Begroting 2021 Rekening 2021 Begroting 2022 Rekening 2022
netto (gecorrigeerde) schuldquote 3,0 2,0 3,0 3,0 3,0
solvabiliteitsratio 2,7 1,3 2,7 1,3 2,7
structurele exploitatieruimte 1,0 1,0 1,0 1,0 1,0
grondexploitatie 1,5 1,5 1,5 1,5 1,5
belastingcapaciteit 0,1 0,1 0,3 0,1 0,1
Totaal rapportcijfer 8,3 5,9 8,5 6,9 8,3
Streefwaarde
Voldoende
Onvoldoende