Hoofdlijnen

Beleid

1.1 Samen werken aan een duurzaam, sociaal, veilig en vitaal Gooise Meren

Terug naar navigatie - 1.1 Samen werken aan een duurzaam, sociaal, veilig en vitaal Gooise Meren

In deze hoofdlijnen presenteren we onze koers voor het begrotingsjaar 2022. We constateren dat de waarden die ten grondslag liggen aan ons coalitieakkoord nog steeds van toepassing zijn op ons dagelijks werk. Dit staat echter wel in een ander perspectief door de financiële opgave die we hebben om de begroting duurzaam in balans te brengen.

Het is een belangrijke stap om de begroting structureel sluitend te krijgen, maar dit betekent niet dat daarmee de begroting ook al duurzaam in balans is. De grote incidentele tekorten, leidend tot een afnemend eigen vermogen, en het investeringsvolume, maken dat we nog niet voldoen aan de minimale waarde (laat staan streefwaarde) zoals die is bepaald in de nota beoordeling kengetallen die dit jaar door de raad is vastgesteld.

Door geen nieuwe ambities en geen reserveringen voor nog niet uitgewerkte in

vesteringen op te nemen, is het nagenoeg gelukt om op de minimale streefwaarde te komen. Dit is een fragiel evenwicht en geeft ons daarmee voor de toekomst de opgave dit ook duurzaam in balans te brengen. Hieronder lichten wij de keuzes nader toe.

1.2 Structureel sluitende begroting en duurzame balans

Terug naar navigatie - 1.2 Structureel sluitende begroting en duurzame balans

Het opstellen van de meerjarenbegroting 2022-2025 begon met een taakstelling uit de vorige begroting om € 600.000 structureel te vinden. Onder andere tegenvallers in het sociaal domein, een beter inzicht in het beheer van de openbare ruimte en ruimte voor nieuw beleid maakten de financiële opgave groter. Deze opgave is er niet alleen op gericht om de begroting structureel sluitend te krijgen, maar ook om de begroting duurzaam in balans te brengen.

In 2021 heeft de raad de nota beoordeling kengetallen vastgesteld. Hierin wordt integraal gekeken naar de verschillende kengetallen waarbij de ambitie ligt op een rapportcijfer 7, en de ondergrens bepaald is op een rapportcijfer 6. Het is gelukt om een sluitende begroting op te stellen. Het is gelukt om door het nemen van enkele maatregelen een stap te zetten richting het minimaal gewenste rapportcijfer. Maar met deze begroting voldoen we hier nog niet helemaal aan. De beleidsmatige keuzes die we gemaakt hebben lichten we graag hieronder toe.

Perspectiefnota 2022-2025
Vroeg in het voorjaar begonnen we met gesprekken met de raad over inhoudelijke keuzes die we kunnen maken. Dit heeft in de perspectiefnota geleid tot inhoudelijke keuzes die financiële ruimte gaven. De keuzes die gemaakt zijn in de perspectiefnota hebben ertoe geleid dat we bepaalde ambities niet hebben kunnen opnemen in deze begroting. Concreet gaat het hier om een handhavingsjurist Bibob, herdenking 1572-1672, uitvoeringsprogramma erfgoedvisie, herstel vlaglocaties, mobiliteit, beheerplannen op huidige niveau houden en de collectieve voorziening Sociaal domein.

PM-posten
De perspectiefnota had nog enkele PM-posten die nader uitgewerkt moesten worden en mogelijk extra financiële ruimte geven. Concreet gaat het hier om onder andere hybride werken, het moderniseren van de parkeerketen, extra inkomsten bij ligplaatsen, het aanboren van meer (Europese) subsidies, de adoptie van rotondes, minimabeleid, bijzondere bijstand, het kostendekkend maken van de weekmarkt en de kosten voor zwerfafval. Deze onderwerpen vragen afgewogen inhoudelijke beleidskeuzes, hoge eenmalige investeringen of nader onderzoek van de effecten. Deze posten zijn daarom niet in deze begroting verwerkt, maar worden ieder in een eigen tempo uitgewerkt en komen al dan niet als beleidsvoorstellen naar de raad toe.

Geen reserveringen voor nog niet uitgewerkte investeringen zonder dekking
Tot op heden werd in de begroting rekening gehouden met geschatte kapitaallasten van investeringen waar nog geen definitieve berekening onder ligt en waar ook nog geen besluitvorming over heeft plaatsgevonden. De begrote kapitaallasten van deze reserveringen dragen bij aan het toekomstige investeringsniveau en hebben daarmee een negatief effect op het streefcijfer van de kengetallen. In lijn met de besluitvorming in de perspectiefnota zijn nieuwe, mogelijke investeringen niet opgenomen in deze begroting, zoals verkeersmaatregelen, bruggen en het 3e hockeyveld Bredius. Dit heeft tot gevolg dat op het moment dat er besluitvorming in de raad plaatsvindt over een nieuwe investering, dat dan de financiële effecten duidelijk moeten zijn en er dan een afweging gemaakt moet worden hoe deze kapitaallasten in de begroting te dekken.

Motie raad extra personele inzet
Bij het vaststellen van de perspectiefnota is in de raad gesproken over de stijgende krapte op de arbeidsmarkt en de wens om de medewerkers van onze organisatie zich beter te laten ontwikkelen. Hiertoe is een motie opgenomen, die oproept om hier structureel € 500.000 voor vrij te maken, al dan niet met een ingroeimodel. De gemeente Gooise Meren heeft bewust een slanke organisatie. Door de bovengemiddelde leeftijdsopbouw verwachten we de komende jaren een forse uitstroom. De motie geeft ons de mogelijkheid ons op deze toekomstige ontwikkeling voor te bereiden.

We willen ruimte geven voor groei van talent. Voor medewerkers die door willen groeien naar een andere functie, maar nog niet op het gewenste niveau zitten, willen we tijdelijke ontwikkelfuncties creëren. Zo kunnen we (jonge) talenten binden en ons voorbereiden op toekomstige vacatures. Ook willen we voor onze medewerkers ruimte creëren, zodat zij zich bezig kunnen houden met hun eigen ontwikkeling en eigen loopbaan en de begeleiding hiervan. In deze begroting hebben hiervoor in 2022 € 200.000 opgenomen, oplopend tot € 500.000 in 2025. Deze extra ruimte is niet bedoeld om extra ambities uit te kunnen voeren.

Extra middelen Jeugdzorg
De afgelopen jaren bleken de kosten voor jeugdzorg groter dan de middelen die we van het Rijk kregen. Dit heeft ertoe geleid dat we de afgelopen jaren zelf in onze eigen begroting incidentele en structurele middelen hebben moeten vinden om deze kosten te dekken. Dit jaar heeft het Rijk erkent dat zij te weinig middelen beschikbaar stelt en komen er extra middelen naar de gemeente. Aangezien we een deel van het tekort al binnen de bestaande begroting hadden opgelost, is het niet noodzakelijk om alle extra middelen ook in te zetten voor Jeugd. Wij hebben een prognose gemaakt voor de verwachte uitgaven en besloten om de incidentele jeugdgelden die overblijven in de algemene middelen te laten landen.

Inkomsten
Ook aan de inkomstenkant hebben we de nodige maatregelen genomen. Van veel diensten aan onze inwoners is gekeken hoe we die kostendekkend kunnen uitvoeren. Er is een benchmark gehouden ten aanzien van onze parkeertarieven. Met beleid op buitenreclame proberen we extra inkomsten te generen. In lijn met de afspraak in het coalitieakkoord voeren we geen verhoging van de OZB door.

Effecten op duurzame balans
Met bovenstaande keuzes en maatregelen hebben wij twee effecten bereikt. We verlagen het investeringsniveau. Dit heeft een positief effect op onze kengetallen. Doordat we elk boekjaar een positief begrotingsresultaat hebben, groeit ons eigen vermogen. Ook dat heeft een positief effect op onze kengetallen.
Ook in de volgende P&C-cyclus zullen we weer bewuste keuzes moeten maken om dichter bij onze streefwaarde te komen.

1.3 Opgaven voor 2022

Terug naar navigatie - 1.3 Opgaven voor 2022

Ondanks de keuzes die we hebben moeten maken om een sluitende begroting te krijgen en dichter bij een duurzame balans te komen, blijft ‘Duurzaam, Sociaal, Veilig en Vitaal’ ons uitgangspunt voor de verdere ontwikkeling van Gooise Meren. De termen duurzaam, sociaal, veilig en vitaal staan niet los van elkaar maar vormen een elkaar versterkend geheel waarmee we de opgaven van Gooise Meren kunnen aanpakken.

1.3.1 Duurzaam
Ten aanzien van de duurzaamheid streven wij een evenwicht tussen mens, milieu en economie na. We hebben tot doel om duurzaamheid hoger op de agenda te plaatsen, te integreren in zoveel mogelijk activiteiten en onze ideeën te concretiseren en tot uitvoering te brengen.
Concreet gaan we in 2022 verder met de (inter)nationale klimaatdoelstellingen (reductie uitstoot CO2 door duurzame opwek van energie), het klimaatbestendig maken van de buitenruimte (vergroening, vergroten biodiversiteit en vasthouden water), het opstellen van Wijkuitvoeringsplannen (volgt na vaststelling Transitie Visie Warmte), werken we de Regionale Energiestrategie Strategie uit naar ruimtelijke plannen en projecten, vernieuwen we het grondstoffenbeleid en verwachtten we een definitief akkoord te kunnen geven op de aanleg van het warmtenet in Muiderberg.

1.3.2 Sociaal
Ten aanzien van onze sociale ambities streven wij een aantal zaken na. We werken verbindend en versterkend, streven een inclusieve arbeidsmarkt na, willen dat iedereen mee kan doen en zijn talenten kan ontwikkelen, waarbij we (tijdelijke) inkomensondersteuning bieden voor mensen die niet in hun levensonderhoud kunnen voorzien en willen we dat kinderen veilig en gezond kunnen opgroeien

Concreet gaan we in 2022 aan de slag met het uitvoeren van de lokale inclusieagenda, ontwikkelen we een visie op het gebied van wonen en zorg, voeren we de nieuwe wet inburgering uit, voeren we de uitbreiding van de wettelijke taken op het gebied van schuldhulpverlening uit, starten we een pilot over het intensiveren van de samenwerking met scholen en actualiseren we de Wmo-verordening. De gemeente investeert in sociaal verbonden gemeenschappen en zo nodig ook in aanvullende inzet lichte hulp- en ondersteuning waar het kan, geïndiceerd maatwerk Jeugd/Wmo waar het moet.

1.3.3 Veilig
We streven naar een goed en prettig leefklimaat, waar inwoners niet alleen veilig zijn, maar zich ook veilig voelen. Preventie en handhaving zijn van belang om het gevoel van veiligheid te vergroten en vast te houden.

Concreet zetten we zo in 2022 de succesvolle aanpak ondermijning voort, zetten we door de samenwerking met de politie in op het de kop indrukken van inbraken, insluipingen, autokraken en fietsendiefstallen, versterken we de samenwerking met bewoners om hun buurt veiliger te maken en zetten we de persoonsgerichte aanpak voort voor mensen met verward gedrag.

1.3.4 Vitaal
Om de vitaliteit te vergroten, streven wij naar een evenwichtige en duurzame ontwikkeling van de leefomgeving, vanuit een integrale afweging van de belangen en behoeften van de inwoners. We zoeken ruimte voor nieuwe woningbouwontwikkelingen, met aandacht voor betaalbaarheid en kwetsbare doelgroepen. We streven economische ontwikkeling na, met ruimte voor bedrijven, passend bij ontwikkelingen zoals werken aan huis en met oog voor werkgelegenheid. We versterken het toerisme en recreatie, voor economische versterking en een aantrekkelijke woonomgeving.
Concreet geven we in 2022 uitvoering aan het actieplan geluid om de leefbaarheid te vergroten. Ook zullen we een Manager Vitale Kernen aantrekken die samen met de gemeente, ondernemers en de vastgoedsector aan een gunstig economisch en investeringsklimaat in de kernen werkt.

1.3.5 Verdere uitwerking
Dit is een greep uit de opgaven van 2022. In de verschillende programma’s en paragrafen staat beschreven en uitgewerkt hoe we hier verder invulling aan geven.

Financiën

2.1 Solide begroting

Terug naar navigatie - 2.1 Solide begroting

Zoals hiervoor aangegeven, presenteert het college een structureel en reëel sluitende Programmabegroting 2022-2025. Dit is geheel in lijn met de koers van het college: een goed voorzieningenniveau, geen hogere lasten voor onze inwoners, maar wel financieel gezond.

Ons meerjaren financieel beeld staat al enige jaren onder druk. Het college is, ondanks alle uitdagingen, blij in haar laatste bestuursjaar een sluitende begroting aan de raad te kunnen presenteren. Daarbij dienen wel kanttekeningen te worden geplaatst. Er is nauwelijks ruimte voor nieuwe ambities en de kosten voor met name het Sociaal domein blijven dagkoersen die sterk kunnen fluctueren met de bijbehorende significante impact op het financieel beeld.

In paragraaf 2.2 lichten we de opbouw toe vanaf de vastgestelde Perspectiefnota 2022-2025 tot aan het voorliggend begrotingssaldo. In paragraaf 2.3 gaan we in op de financiële positie aan de hand van het weerstandsvermogen en de financiële kengetallen. Tenslotte beoordelen we in paragraaf 2.4 of de begrotingssaldi leiden tot een structureel en reëel begrotingsevenwicht.

2.2. Financieel beeld Programmabegroting 2022-2025

Terug naar navigatie - 2.2. Financieel beeld Programmabegroting 2022-2025

 2.2.1 Perspectiefnota 2022-2025

Met de Perspectiefnota 2022-2025 bent u geïnformeerd over het financieel perspectief voor de komende jaren. Ondanks de maatregelen vanuit het traject ‘Duurzame balans in de begroting’ bleek dat we nog niet tot een meerjarig sluitende begroting waren gekomen. Ook de meicirculaire, waarover u separaat bent geïnformeerd, leidde niet tot een gunstiger perspectief voor de toekomstige jaren. Uw aangenomen amendementen hebben die uitdaging verder versterkt. Daarmee was onderstaand financieel beeld het vertrekpunt voor de begroting.

Tabel 1 - Financieel beeld 

2022

2023

2024

2025

 

bedragen in € x 1.000

Saldo Perspectiefnota 2022-2025

N 2.526

N 1.214

N 494

V 252

Amendementen raad bij perspectiefnota N 182 N 282

N 282

N 282

Meicirculaire

V 807

N 6

N 610

N 672

Vertrekpunt financieel beeld Begroting 2022-2025

N 1.900

N 1.501

N 1.385

N 702

2.2.2 Moties, Jeugdmiddelen en beheerplannen
Na de vaststelling van de Perspectiefnota 2022-2025 is sprake van enkele ontwikkelingen die zorgen voor een gewijzigd financieel beeld. Dit betreft de uitwerking van aangenomen moties, de extra Rijksmiddelen Jeugd en het bestuurlijk traject om te komen tot vaststelling van geactualiseerde beheerplannen.

Tabel 2 - Financieel beeld 2022 2023 2024 2025
Vertrekpunt financieel beeld Begroting 2022-2025 N 1.900 N 1.501 N 1.385 N 702
Uitwerking moties raad N 230 N 300 N 400 N 500
Extra Rijksmiddelen Jeugd V 2.959 V 2.456 V 2.306 V 2.125
Meerjarig lastenbudget Jeugd N 750 N 434 N 329 N 269
Beheerplannen        
Actueel vertrekpunt Begroting 2022-2025 V 79 V 221 V 192 V 654

Toelichting 

Uitwerking moties raad
Tijdens de besluitvormende raad zijn een aantal moties aangenomen met financieel effect. De bedragen voor stemhulp en geluidbelastingkaarten (2 x € 15.000) worden in 2022 incidenteel toegevoegd aan de exploitatiebegroting. De motie inzake de structurele invulling van extra personele inzet wordt stapsgewijs ingevoerd, zoals in deel 1 van deze Hoofdlijnen beschreven.

Extra Rijksmiddelen Jeugd
De problematiek op het gebied van de hulpvraag Jeugd is een landelijk issue en daarom onder de aandacht gebracht van de politiek. Na overleg met de bestuurlijke partners heeft het Rijk een toezegging gedaan voor 2022. De doorvertaling na 2022, zoals door de zogenoemde Commissie van Wijzen voorgesteld, wordt overgelaten aan een nieuw Kabinet. Echter, voor de meerjaren begroting mogen gemeenten wel 75% inboeken, mits daar tegenover ook een reëel uitgavenbudget is opgenomen.

Meerjarig lastenbudget Jeugd
Gooise Meren kiest er voor om de extra Rijksmiddelen Jeugd meerjarig in te zetten. Hierbij hoort een uitgavenbudget dat aansluit bij de praktijk. Op basis van prognoses, gebaseerd op de ervaringscijfers van de afgelopen jaren, is een inschatting gemaakt van het benodigde uitgavenbudget. We verwachten € 1 mln. structureel meer te moeten uitgeven dan opgenomen in onze huidige begroting. Hiervan is € 250.000 al in de Perspectiefnota 2022 verwerkt. Tegelijkertijd worden er lokaal en regionaal actieplannen ontwikkeld om de behoefte aan zorg op termijn te beperken. De te verwachten positieve effecten hiervan zijn verwerkt in de in tabel 2 genoemde benodigde extra middelen. Omdat daarmee de extra middelen niet volledig hoeven te worden ingezet, kan een deel van de extra Rijksbijdragen als vrij besteedbaar worden gebruikt.

Beheerplannen
In de Perspectiefnota 2022-2025 zijn de financiële effecten opgenomen voor 2022 tot en met 2025 van de door het college vastgestelde geactualiseerde onderhoudsbeheerplannen. Hierbij is gekozen voor scenario 1a; sober, doelmatig, veilig en duurzaam. De formele besluitvorming door de raad moet nog plaatvinden. Eventuele aanpassingen naar aanleiding van de besluitvorming worden meegenomen bij de behandeling van de begroting.


2.2.3 Aanvullende voorstellen
Tijdens de uitwerking van de begroting is nog een aantal onderwerpen nader geanalyseerd en beoordeeld. Dit leidt tot de volgende aanvullende voorstellen. We kunnen met deze voorstellen aan uw raad een meerjarig sluitende begroting presenteren, zoals te zien in de volgende tabel.

Tabel 3 - Financieel beeld 2022 2023 2024 2025
Actueel vertrekpunt Begroting 2022-2025 V 79 V 221 V 192 V 654
Aanvullende voorstellen:        
Meerjarig lastenbudget WMO N 500 N 347 N 312 N 262
Technisch administratieve effecten begrotingsvoorbereiding V 179 N 184 V 22 N 381
Mobiliteitsimpulsen N 83 N 46 N 26 N 6
Buurtsportcoaches verminderen V 30 V 30 V 30 V 30
Benchmark toeristenbelasting V 20 V 20 V 20 V 20
Diverse kleinere voorstellen V 89 V 34 V 37 V 33
Modernisering parkeerketen V 0 V 375 V 375 V 375
Aanvullende voorstellen N 266 N 118 V 146 N 191
         
Programmabegroting 2022 - 2025 N 186 V 103 V 338 V 464

Toelichting bij de aanvullende voorstellen

Meerjarig lastenbudget WMO
Gelijk als bij Jeugd is ook voor de kosten van de WMO middelen een prognose gemaakt. De verwachte uitgaven worden geschat op € 500.000 structureel. Vanuit de lokaal en regionaal te ontwikkelen actieplannen verlagen we de extra benodigde middelen vanaf 2023.

Technisch administratieve effecten
Zoals elke jaar bij de begroting levert de feitelijke verwerking van nieuwe informatie financiële effecten op.
Te denken valt aan een andere urenverdeling over de producten, herberekening van kapitaallasten, het toepassen van nieuwe rentepercentages e.d.

Mobiliteitsimpulsen
Op 18 maart 2021 heeft de gemeenteraad ingestemd met het Mobiliteitsplan Gooise Meren 2040 Goed en Veilig op Weg. Dit plan bevat tevens een Uitvoeringsagenda waarin voor de komende 5 jaar meerdere kleinere projecten zijn opgenomen. De als noodzakelijk geprioriteerde kleinere projecten hebben gemeen dat ze elk slechts een kleine uitgave vereisen en worden daarom via een ophoging van exploitatiebudgetten gerealiseerd.
Deze projecten gaan over, deelnemen aan landelijke verkeersveiligheidscampagnes, instellen schoolzones, fietsvoorzieningen aanleggen bij nieuwe bushaltes, , aanschaf Snelheid Indicatie Panelen (SID’s of Smileys), faciliteren verkeersexamen basisscholen en aanleg van basisvoorzieningen voor deelauto’s of deelfietsen.

Buurtsportcoaches verminderen met 1 fte extra
In de zoektocht naar financiële ruimte wordt voorgesteld om, in plaats van de in de perspectiefnota voorgestelde vermindering met 1 fte, het aantal buurtsportcoaches aanvullend met 1 fte te verminderen. Hiermee vervalt ook de cofinanciering van het Rijk.

Benchmark toeristenbelasting
In de duurzame balans is al een voorstel gedaan om de toeristenbelasting met € 0,20 te verhogen. Gekozen was om qua benchmark aan de onderkant in te zetten. We stellen nu voor om dit met € 0,20 extra te verhogen. Reden is dat we vinden dat onze gemeente een dusdanig uniek karakter heeft dat een verhoging gespiegeld aan de bovenkant van de benchmark op zijn plaats is.

Diverse kleinere voorstellen
In aanvulling op bovenstaande specifiek toegelichte voorstellen wordt voorgesteld om de leges van enkele activiteiten, zoals invalide parkeren, grote evenementen en kinderopvang, op te nemen dan wel te verhogen. Daarnaast wordt voorgesteld om geen verkiezingsborden meer te plaatsen, zijn de bedragen voor buitenreclame bijgesteld en besparen we enigszins op het budget regionale economie door betere afstemming van activiteiten.

Modernisering parkeerketen
Onderdeel van de in het voorjaar vastgestelde parkeer- en mobiliteitsvisie is de modernisering van de parkeerketen. Gelet op deze modernisering wordt voorgesteld de parkeertarieven vanaf 2023 te verhogen met ca. 20% (Bussum van € 1,20 naar € 1,50 en Muiden van € 2,40 naar € 3,00).

Biodiversiteit
Conform de motie van de raad bij de Perspectiefnota 2022-2025 is dekking gezocht en binnen het programma gevonden om het Biodiversiteitsactieplan Gooise Meren uit te kunnen voeren. Het plan wordt uitgevoerd in 6 jaar in plaats van de eerder voorgestelde 4 jaar. In de berekening van het beheerplan Groen is rekening gehouden met de uitvoering van het Biodiversiteitsactieplan. Zonder uitvoering van dit plan is een groot deel van de geplande besparing op groenonderhoud niet mogelijk.

2.3 Financiële positie

Terug naar navigatie - 2.3 Financiële positie

Om te kunnen spreken van een duurzame balans in onze begroting is het, naast financiële resultaten, ook van belang om te kijken naar ons weerstandsvermogen en financiële kengetallen. Voor deze laatste is in 2021 een nota beoordeling kengetallen door uw raad vastgesteld, waarin de uitgangspunten zijn geformuleerd.

2.3.1 Weerstandsvermogen
Het weerstandsvermogen bepaalt of we als gemeente in staat zijn om incidentele dan wel meer structurele risico’s binnen onze begroting op te vangen.
De ratio van Gooise Meren valt, voorafgaand aan deze begroting, voor zowel incidenteel (2,3) als structureel (3,3) in klasse A (>2,0). Dit duidt op een uitstekend weerstandsvermogen. Tegelijkertijd zien we die ratio wel gedurende de afgelopen jaren afnemen (van 4,2 in 2020 naar 2,6 in 2025). Enerzijds door een hogere kwantificering van de risico’s, anderzijds door afname van ons eigen vermogen.

2.3.2 Kengetallen
De nota beoordeling kengetallen geeft aan hoe de afzonderlijke financiële kengetallen in samenhang gebracht en beoordeeld kunnen worden middels een rapportcijfer met een streefwaarde (7,0) en een minimumwaarde (6,0). Dit rapportcijfer tendeert naar een cijfer onder de minimumwaarde (4,9 in 2025). Dit is met name te relateren aan het hoge voorgenomen investeringsvolume en de eerder genoemde afname van ons eigen vermogen. Dit vertaalt zich in een hoge schuldquote en een lage solvabiliteit.

2.3.3 Maatregelen
Voor een duurzame balans in de begroting zijn een goede ratio weerstandsvermogen en een goed rapportcijfer kengetallen essentieel. Om de dalende tendens te keren zijn maatregelen nodig.
Die vinden wij in een aantal richtingen

We verwerken de gevolgen van de ontwikkeling van het Hocras terrein, inclusief de bouw van een school, waarbij de eerder ingestelde Reserve tijdelijke huisvesting Onderwijs niet meer nodig is.
Met daarnaast het toevoegen van het positieve begrotingssaldo aan de Algemene Reserve wordt de daling van de solvabiliteit significant beperkt en stijgt de ratio weerstandsvermogen.
In dit begrotingssaldo zijn incidentele nadelen verwerkt die de versterking van het eigen vermogen afremmen. Om hieraan een positieve impuls te geven zullen we in 2022 tot concrete voorstellen komen voor de verkoop van vastgoed, welke leiden tot incidentele voordelen.
Ook de incidentele en structurele financiële effecten van een alternatieve zwemvoorziening worden hierbij integraal afgewogen.

Daarnaast worden in het meerjaren investeringsplan weloverwogen keuzes gemaakt door alleen voorstellen met concreet uitgewerkte plannen voor de komende jaren financieel te vertalen. Door de nog onzekere toekomstige investeringen niet mee te nemen verbetert de ratio schuldquote. Deze maatregel heeft mogelijk gevolgen voor de invulling van de ambities. Dat zal zichtbaar worden in een volgende perspectiefnota waarbij opnieuw keuzes moeten worden gemaakt op basis van integrale afwegingen.

Het doorvoeren van deze maatregelen leidt ertoe dat de individuele ratio’s zichtbaar verbeteren. De rapportcijfers in 2022 en 2023 komen daarmee uit op een 6,9 en in 2024 en 2025 op een 5,9 en voldoen daarmee nagenoeg aan de minimum waarde (6), maar zijn lager dan de streefwaarde (7).

2.4 Structureel en reëel evenwicht van de meerjarenbegroting als één van de uitgangspunt van het financieel beleid

Terug naar navigatie - 2.4 Structureel en reëel evenwicht van de meerjarenbegroting als één van de uitgangspunt van het financieel beleid

In het gepresenteerde financieel beeld is sprake van incidentele effecten. De provincie, als toezichthouder, heeft kaders opgesteld voor de beoordeling van onze begroting. Er wordt onder andere getoetst op structureel en reëel begrotingsevenwicht. Dat kader sluit aan op ons eigen financieel beleid inzake een solide houdbare financiële huishouding. Daartoe is het volgende overzicht opgesteld, waarbij het begrotingssaldo wordt ontdaan van die incidentele effecten (zie voor details het overzicht van incidentele baten en lasten in de financiële begroting).

Tabel 4 - Structureel begrotingssaldo 2022-2025 2022 2023 2024 2025
  bedragen in € x 1.000
Structureel begrotingssaldo 2022-2025 N 186 V 103 V 338 V 464
Incidentele baten en lasten V 274 V 0 V 0 V 0
Programmabegroting 2022-2025  V 88 V 103  V 338 V 464

Met alle voorliggende voorstellen in deze begroting realiseren we een structureel en reëel sluitende begroting.

Leeswijzer

Leeswijzer

Terug naar navigatie - Leeswijzer

Drie W-vragen
In de programma’s vindt u antwoord op de zogenaamde drie W-vragen. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? En wat mag het kosten? Met behulp van verbinding tussen doelen en maatregelen is een en ander inzichtelijk gemaakt.

Verplichte indicatoren en eigen indicatoren
Met de raad is afgesproken om in de Programmabegroting 2022-2025 zoveel mogelijk programma’s te voorzien van eigen beleidsindicatoren, die informatie geven over de effectiviteit van het beleid en daarmee sturingsmogelijkheden geven. De ontwikkeling van eigen beleidsindicatoren vordert gestaag, maar het proces is nog niet afgerond. In deze begroting zijn in programma 2 Veiligheid, programma 5 Duurzaamheid, Water en Groen en programma 6 Werk en Inkomen al eigen beleidsindicatoren opgenomen. Daar waar mogelijk zijn deze ook voorzien van een streefwaarde. Naast deze indicatoren zijn relevante kengetallen opgenomen om de indicatoren / het programma in perspectief te plaatsen.
De vanuit de regelgeving verplichte beleidsindicatoren per programma, die over het algemeen onvoldoende zeggen over de effectiviteit van het beleid, zijn opgenomen in bijlage 4.

Financiële toelichting per programma
Aan het einde van elk programma vindt u een tabel met de toelichting op de belangrijkste financiële verschillen tussen de Programmabegroting 2021 en 2022, zoals wettelijk vastgelegd in het BBV. De toelichting op deze verschillen kan ook betrekking hebben op (incidentele) uitgaven en inkomsten in 2021 die in 2022 niet meer voorkomen.

Financiële begroting
Na programma 9 wordt de financiële begroting gepresenteerd, waaronder de financiële recapitulatie, het overzicht van incidentele baten en lasten inclusief het structurele begrotingssaldo, de financiële positie en de balansontwikkeling, waaronder het overzicht met het EMU-saldo en de staat van Reserves en Voorzieningen. Deze laatste is een belangrijk onderdeel voor de paragraaf Weerstandsvermogen.

Paragrafen
De paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de begroting, bezien vanuit een specifieke invalshoek. U vindt hier de informatie over lokale heffingen, weerstandsvermogen en risicobeheersing, onderhoud kapitaalgoederen, financiering, bedrijfsvoering, verbonden partijen en grondbeleid.

Meerjareninvesteringsplan en verplichte taakvelden
In de begroting is het meerjaren investeringsplan opgenomen. In de toelichtingen bij de programma’s is aangegeven voor welke investeringen direct bij vaststelling van deze begroting goedkeuring door de raad wordt gevraagd. De grens hiervoor ligt, conform de financiële verordening, bij € 250.000. Voor investeringen in de bedrijfsvoering (tractie en automatisering) alsmede voorbereidingskredieten ligt die grens bij
€ 500.000. Ook zijn de verplichte taakvelden opgenomen die de nieuwe BBV-regeling voorschrijft, om de vergelijkbaarheid tussen gemeenten onderling te versterken.

Technische uitgangspunten bij Programmabegroting 2022-2025
1. De raming van de uitkering uit het gemeentefonds is gebaseerd op de meicirculaire 2021. De cijfers zijn gebaseerd op constante prijzen.
2. Voor het jaar 2022 is, zoals opgenomen in de Perspectiefnota 2022-2025, uitgegaan van onderstaande verwachte indexaties:
- een loonstijging van 2,4% incl. nacalculatie 2021 en sociale lasten;
- voor goederen en diensten een inflatie van 1,7%;
- inflatie van de tarieven en belastingen van 1,7%;
Voor de jaren na 2022 zijn alle baten en lasten (incl. loon en prijzen) gebaseerd op het basisjaar 2022 en is geen meerjarige indexatie verwerkt.
3. Een interne rekenrente van 1,5%.