Paragraaf Financiering

Algemene ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Algemene ontwikkelingen

De paragraaf Financiering geeft aan op welke manier er uitvoering wordt gegeven aan de financieringsfunctie. Het uitgangspunt hierbij is het beheersen van risico’s, met name het renterisico. Bij een hoog renterisico zijn de gevolgen van een stijgende rente groot voor de financiële resultaten in een bepaald jaar. Daarnaast zijn er risico’s op kredieten, liquiditeiten en koersen.

Financieringsbeleid

Terug naar navigatie - Financieringsbeleid

De beleidsdoelstelling van het Financieringsbeleid van de gemeente Gooise Meren kan als volgt worden omschreven: De gemeente voert, gelet op haar publiekrechtelijke taak om maatschappelijk kapitaal te beheren, een risicomijdend financieringsbeleid. Binnen dit risicomijdende beleid stelt de gemeente zich ten doel zo laag mogelijke kosten over leningen en/of een zo hoog mogelijk rendement over het belegd vermogen te realiseren, voor zover nog mogelijk binnen de opgelegde regeling voor schatkistbankieren. Dit binnen de daarvoor geldende randvoorwaarden en met in acht name van het beperken van risico’s.
 
Renterisico’s
Eén van de hoofddoelen bij de financieringsfunctie is het beperken van de gevolgen van een stijgende rente. Aan de andere kant dient er optimaal geprofiteerd te worden van lage rentestanden. Met behulp van het bijhouden van de ontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarkt en de grote diversiteit in leningsproducten wordt continu geprobeerd om een zo optimaal mogelijk resultaat te behalen tegen een verantwoord risico.
Door de Wet verplicht schatkistbankieren zijn deze mogelijkheden echter aanzienlijk ingeperkt. De Wet verplicht alle decentrale overheden om hun overtollige (liquide) middelen aan te houden in de schatkist. Het woord ‘overtollig’ verwijst naar alle middelen die decentrale overheden niet onmiddellijk nodig hebben voor de publieke taak. (Onderdelen van) decentrale overheden mogen ongeacht de vormgeving dus geen bewaarfunctie voor publieke middelen vervullen.
 
Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet geeft het renterisico op de korte termijn weer. Hieronder vallen alle kortlopende financieringen met een rente typische looptijd korter dan 1 jaar. De kasgeldlimiet is gericht op het voorkomen van ongewenste renterisico’s die ontstaan door het aangaan van overmatige korte termijn financieringen en stelt een grens aan de omvang van de korte schuld waarover de gemeente renterisico mag lopen. De toegestane kasgeldlimiet is 8,5% van de totale begroting. Voor 2023 ziet de kasgeldlimiet er als volgt uit.

Kasgeldlimiet

(bedragen x € 1.000)

Begroting 2023
1 Begrotingstotaal 156.607
2 Percentage regeling 8,50%
3 (1*2) Kasgeldlimiet 13.312

 

Deze ruimte zal zoveel mogelijk worden benut omdat bij een normale rentestructuur kortlopende geldleningen goedkoper zijn dan langlopende geldleningen dan wel de roodstand faciliteit bij onze huisbankier.

Renterisiconorm
In de Wet Fido (Wet financiering decentrale overheden) is door het Rijk de renterisiconorm geïntroduceerd. Met de invoering van deze renterisiconorm wordt een kader gesteld tot een zodanige opbouw van de leningenportefeuille van de gemeente, dat het renterisico uit hoofde van renteaanpassing en herfinanciering van leningen in voldoende mate wordt beperkt. De renterisiconorm houdt in dat het totaal aan renteherzieningen en aflossingen in een jaar niet hoger mag zijn dan 20% van het begrotingstotaal van dat jaar. Dit betekent dat voor het jaar 2023 de renterisiconorm als volgt kan worden berekend:
 

Renterisiconorm

(bedragen x € 1.000)

Begroting 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026
1 Renteherzieningen 0 0 0 0
2 Aflossingen 10.621 11.911 12.991 13.046
3 (1+2) Renterisico 10.621 11.911 12.991 13.046
         
4a Begrotingstotaal (grondslag 1 januari 2022) 156.607      
4b percentage regeling 20%      
4 (4a x 4b / 100) Renterisiconorm 31.321 31.321 31.321 31.321
         
5a (4 > 3) Ruimte onder renterisiconorm 20.700 19.410 18.330 18.275
5b (3 > 4) Overschrijding renterisiconorm 0 0 0 0

 

Aangezien het bedrag aan aflossingen lager is dan de renterisiconorm kan gesteld worden dat er voldaan wordt aan de eisen in de Wet Fido. Wel is hier een licht dalende tendens zichtbaar als gevolg van de toename aan voorgenomen investeringen. 

Kredietrisico’s
Ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak kunnen gemeenten leningen verstrekken. Op deze verstrekte leningen loopt de gemeente kredietrisico. Gooise Meren heeft in totaal voor circa € 36 miljoen aan leningen verstrekt. 

Financiering

Terug naar navigatie - Financiering

Dit onderdeel geeft inzicht in de ontwikkeling van de financieringspositie van onze gemeente en de daarbij behorende financieringsbehoefte, rekening houdend met (geplande) (des-)investeringen en beschikbare interne en externe middelen. In feite gaat het hier om het opstellen van een liquiditeitsbegroting. De ontwikkeling van de financieringspositie is bepalend voor de leningenportefeuille. De activa van de gemeente Gooise Meren zullen per begin 2023 als volgt gefinancierd worden:

 

Omschrijving Bedrag
Boekwaarde vaste activa (1/1/2023) 232.812.335
vaste financieringsmiddelen  
Reserves 48.201.545
Voorzieningen 18.025.736
Langlopende leningen 146.908.177
Totaal vaste financieringsmiddelen 213.135.459
Vlottende financieringsmiddelen 19.676.875

 

Prognose financieringsbehoefte
In onderstaand schema worden de mutaties van de leningenportefeuille voor begrotingsjaar 2023 weergegeven. 

 

Omschrijving Bedrag Gemiddelde rente
Stand per 1 januari 2023 146.108.177 1,78%
Nieuwe leningen 25.800.000 1,50%
Reguliere aflossingen 10.621.206  
Vervroegde aflossingen    
Stand per 31 december 2023 162.086.971 1,56%

 

Voor het aantrekken van nieuwe leningen wordt rekening gehouden met een percentage van 1,5%, gebaseerd op een 10-jaars staatslening.
De hoogte van de nieuwe leningen is gebaseerd op het volume van de voorgenomen investeringen zoals in bijlage 1 weergegeven. De rekenrente wordt bepaald aan de hand van het feitelijke rentepercentage van de aangegane leningen. Voor grondexploitaties wordt daarbij ook de verhouding eigen/vreemd vermogen toegepast.
In de tabel hierna is te zien hoe de berekening tot stand komt.

 

Renteberekening

(bedragen in € x 1.000)

Begroting 2023
1 Externe rentelasten over korte en lange financiering   2.302
2 Externe rentebaten   0
3 = 1 + 2 Totaal door te rekenen rente   2.302
4 Rente door te berekenen aan grondexploitaties 96  
5 Rente projectfinanciering toe te rekenen aan taakvelden 0  
6 = 4 + 5   96
7 = 3 - 6 Saldo door te rekenen externe rente   2.205
8 Rente over eigen vermogen   745
9 Rente over contante waarde voorzieningen   0
10 = 7 + 8 + 9 De aan taakvelden toe te rekenen rente 1,27% 2.951
11 Aan taakvelden toegerekende rente (afgerond op 0,5%) 1,50% 3.492
12 = 8 + (11 - 10) Renteresultaat   1.287

 

In Gooise Meren is geen sprake van projectfinanciering maar totaalfinanciering; ofwel wij baseren onze financiering op de totale financieringsbehoefte van de gemeente. Ook waarderen wij onze voorzieningen niet op contante waarde maar op nominale waarde. De rekenrente is, na toegestane afronding, bepaald op 1,5% voor de vaste activa; ook de grondexploitaties worden tegen 1,5% belast. Deze percentages zijn gelijk aan die van het vorige begrotingsjaar.