Paragraaf Lokale heffingen

Inleiding

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Inleiding

In deze paragraaf wordt inzicht gegeven in de door de gemeente Gooise Meren geheven belastingen, bestemmingsheffingen en retributies (rechten en leges). De heffingsbevoegdheid ontleent de gemeente aan een wettelijke grondslag, zoals de Gemeentewet en de Wet milieubeheer. Het invoeren, wijzigen en afschaffen van lokale heffingen is een bevoegdheid van de gemeenteraad.

Onder de belastingen vallen de onroerende-zaakbelastingen, de belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten, de precariobelasting, de toeristenbelasting, de watertoeristenbelasting, de reclamebelasting en de parkeerbelasting.
Onder de bestemmingsheffingen vallen de afvalstoffenheffing en de rioolheffing.
De rechten en leges omvatten een grote groep belastbare feiten, dit betreft de marktgelden, de lijkbezorgingsrechten, de leges inzake omgevingsvergunningen, reisdocumenten, burgerlijke stand  en gemeentelijke basisadministratie etc.

Voor zowel de bestemmingsheffingen als de rechten en leges geldt dat de tarieven maximaal kostendekkend mogen zijn en dat opbrengst gebruikt wordt voor de dekking van gemaakte kosten.

Beleid lokale heffingen

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Beleid lokale heffingen

'Burgers, bedrijven en andere belanghebbenden leveren een rechtvaardige bijdrage in de gemeentelijke voorzieningen.' Zo is het beleid van de gemeente Gooise Meren op het gebied van lokale heffingen samen te vatten. De OZB stijgt met de gebruikelijke indexering voor inflatie, waarbij we rekening houden met gemaakte afspraken. Een verdere stijging kan alleen worden overwogen wanneer dit, in een uitzonderlijk geval en vanwege zwaarwegende redenen van lokale aard, noodzakelijk is. In deze begroting geldt het structureel sluitend maken van de begroting als een zwaarwegende reden en wordt de OZB daarom verder verhoogd.
Leges en rechten blijven of worden kostendekkend. Uitzondering daarop zijn de begraafrechten en marktgelden. Bij deze rechten wordt gestreefd naar een kostendekkendheid die is gebaseerd op de realisatiecijfers van de afgelopen jaren.

Aanpassing belastingen en heffingen 2026

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Aanpassing belastingen en heffingen 2026

De geraamde opbrengsten van belastingen zijn voor 2026 verhoogd met het door het CPB geraamde inflatiepercentage van 3,15%. Onderstaand wordt een aantal aanpassingen nader toegelicht.
•    Onroerende zaakbelasting: Naast de reguliere indexatie worden in deze begroting de tarieven met € 10 per maand verhoogd als sluitpost voor het sluitend maken van de begroting. Dit betekent dat voor een woningeigenaar de stijging 14 % is. Voor eigenaren en gebruikers van niet-woningen is de stijging 12 %.•    Afvalstoffenheffing: De nascheiding van PMD vanaf juli 2026 brengt eenmalige kosten met zich mee voor aanpassing van inzamelvoorzieningen, organisatie en communicatie. Daarnaast geldt voor deze heffing 100% kostendekking. Hierdoor stijgen de tarieven met 6,5%.
•    Rioolheffing: Gelet op het uitgangspunt van 100% kostendekking van het product Riolering wordt er bij de bepaling van de tarieven naast de indexering ook rekening gehouden met een autonome stijging (2,5% voor 2026).

Overzicht geraamde opbrengsten lokale heffingen

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Overzicht geraamde opbrengsten lokale heffingen

Op basis van het beleid, de tarieven en volumeontwikkelingen is in de begroting 2026 een totale belastingopbrengst geraamd van circa € 45,6 miljoen. Onderstaand overzicht vermeldt de geraamde opbrengsten voor 2025 en 2026 voor de diverse lokale heffingen.

Heffing

Raming 2025

(x € 1.000)

Raming 2026

(x € 1.000)

% aandeel 2026  

Mutatie t.o.v. 2025

(x € 1.000) 

Onroerendezaakbelasting (OZB) Woningen

10.448 13.589 29,83% 3.141
Onroerendezaakbelasting (OZB) Niet-Woningen 2.755 3.302 7,25% 547
Roerende zaakbelasting (RZB) 13 13 0,03% 0
Parkeerbelasting 3.554 3.613 7,93% 59
Toeristenbelasting 242 285 0,63% 3
Reclamebelasting 222 225 0,49% 3
Precariobelasting 45 46 0,10% 1
Afvalstoffenheffing 9.498 10.565 23,19% 1.067
Rioolheffing 7.316 7.782 17,08% 466
Bouwleges 2.518 3.429 7,53% 911
Overige leges 1.387 1.607 3,53% 220
Lijkbezorgingsrechten 769 1.019 2,24% 250
Marktgelden

115

119 0,26% 4
Totaal 38.883  45.554 100% 6.672

 

Tarieven 2026

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Tarieven 2026

In onderstaand tarievenoverzicht zijn de belangrijkste belastingtarieven voor 2026 opgenomen.

Heffing Grondslag Tarief 2025 Tarief 2026
OZB woning eigenaar % WOZ-waarde 0,0623% 0,0713%*
OZB niet-woning eigenaar % WOZ-waarde 0,1572% 0,1758%*
OZB niet-woning gebruiker % WOZ-waarde 0,1186% 0,1386%*
Toeristenbelasting / watertoeristenbelasting Per overnachting / per etmaal € 2,40 € 2,85
Afvalstoffenheffing

Eénpersoonshuishouden

Meerpersoonshuishouden

€ 267,80

€ 420,95

€ 285,21

€ 448,31

Rioolheffing woning eigenaar Per aansluiting op riolering € 251,20 € 265,60
Rioolheffing niet-woning gebruiker Niet meer afgevoerd dan 500 m3 € 244,70 € 266,20
Parkeerbelasting (per uur)

Bussum (straat)
Bussum (garage)
Muiden
voor de eerste 2 uur, per uur
voor elk volgend uur, per uur

€ 1,70
€ 1,00
€ 3,40

 

€ 2,00
€ 1,20

€ 2,00
€ 6,20 

Parkeerbelasting (vergunningen)

bewonersvergunning
voor een eerste vergunning per jaar,
voor een tweede vergunning of meer vergunningen, per vergunning per jaar
bedrijvenvergunning

€ 41,30


€ 178,40


€ 48,80
€ 83,90
€ 210,80

* voorlopige tarieven, zie ook toelichting bij OZB

Ontwikkeling woonlasten (lokale belastingdruk) voor huishoudens in Gooise Meren

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Ontwikkeling woonlasten (lokale belastingdruk) voor huishoudens in Gooise Meren

Door de totale woonlasten voor meerpersoonshuishoudens in jaar t te vergelijken met het landelijk gemiddelde in jaar t-1 (zoals geproduceerd door het Coelo) en uit te drukken in een percentage kan de ontwikkeling van de woonlasten ten opzichte van het landelijk gemiddelde worden geschetst.
De woonlasten bestaan uit de onroerendezaakbelasting, afvalstoffenheffing (meerpersoons) en de rioolheffing. 

  2024 2025

2026

Totale woonlasten gezin Gooise Meren in jaar t

€ 1.100

€ 1.139 € 1.213
Woonlasten gemiddelde voor gezin in t-1 € 944 € 994 € 1.045
Woonlasten t.o.v. landelijk gemiddelde jaar er voor (x 100%) 117% 115% 116%

 

Vergelijking gemeentelijke woonlasten met andere gemeenten

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Vergelijking gemeentelijke woonlasten met andere gemeenten

Onder de gemeentelijke woonlasten verstaan we het gemiddelde bedrag dat een huishouden in een bepaalde gemeente betaalt aan OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing. 
Om een beeld te geven van de gemeentelijke woonlasten van de burgers van de gemeente Gooise Meren is een vergelijking gemaakt met die van omliggende gemeenten en met de woonlasten in een gemiddelde gemeente voor 2025.

Gemeente

Totale woonlasten

éénpersoonshuishouden

Totale woonlasten

meerpersoonshuishouden

Baarn € 1.175 € 1.367
Blaricum € 1.426 € 1.635
Gooise Meren € 990 € 1.114
Hilversum € 874 € 1.044
Huizen € 857 € 961
Laren € 1.498 € 1.761
Wijdemeren € 1.532 € 1.664
Gemiddeld regio € 1.193 € 1.368
Landelijk gemiddelde € 959 € 1.045

Bron: Coelo Atlas van de lokale lasten 2025

Belastingen nader toegelicht

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Belastingen nader toegelicht

Onroerende zaakbelastingen (OZB)
De aanslag OZB wordt voor het belastingjaar 2026 gebaseerd op (nog door de raad vast te stellen) OZB tarieven voor 2026 en de WOZ-waarden naar waardepeildatum 1 januari 2025.
Het uitgangspunt voor de geraamde OZB-opbrengst 2026 is:
•   Indexering van de geraamde opbrengst 2025 met 3,15%
•   Areaaluitbreiding ten opzichte van 2025
•  Verhoging opbrengst als sluitpost om het begrotingstekort in 2026 te dekken
Bij de berekening van de OZB-tarieven voor 2026 wordt rekening gehouden met bovenstaande uitgangspunten en met de meest recente gegevens omtrent de verwachte waardeontwikkeling. De voorlopige waardeontwikkeling gaat uit van een waardestijging van 14,0% voor de woningen en een waardestijging van 1,0% voor de niet-woningen. De in deze begroting genoemde tarieven zijn nog niet definitief, de taxaties van het vastgoed zijn namelijk nog niet definitief. In het vierde kwartaal zal een definitieve berekening worden gemaakt. In de raadsvergadering van december 2026 zullen dan, op basis van de laatste stand van zaken, de definitieve OZB-tarieven voor 2026 worden vastgesteld.

Roerende woon- en bedrijfsruimten (RZB)
Naast de onroerende zaakbelastingen biedt de Gemeentewet de mogelijkheid om ook voor roerende zaken een belasting te heffen, namelijk de belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten (RZB). De tarieven voor de RZB zijn op grond van de wet (art. 221 Gemeentewet) gelijk aan die van de OZB.

Toeristenbelasting
Het tarief voor de toeristenbelasting wordt conform de Perspectiefnota verhoogd naar € 2,85 per overnachting. 

Parkeerbelastingen
De gemeente heft een parkeerbelasting om het parkeergedrag van bewoners of bezoekers van Gooise Meren te reguleren. Hierbij gelden twee vormen, namelijk een belasting voor het daadwerkelijke parkeren of een belasting voor een vergunning om te parkeren op daarvoor aangewezen plaatsen. 
De opbrengsten uit parkeerbelasting vallen onder de algemene middelen van de gemeente, dus de netto-opbrengst van de parkeerbelasting draagt zo bij aan het voorzieningenniveau van de gemeente. De parkeertarieven per uur worden in de gemeente gelijk getrokken, waarbij in Muiden na twee uur een hoger tarief geldt om langparkeren te ontmoedigen. Parkeren op P1 en P2 blijft gratis. Een tweede bewonersparkeervergunning wordt duurder dan een eerste.

Heffingen nader toegelicht

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Heffingen nader toegelicht

Kostendekkende heffingen
In de paragraaf lokale heffingen moet een overzicht van baten en lasten worden opgenomen voor de heffingen waarbij sprake is van het verhalen van kosten. In dit hoofdstuk worden de diverse heffingen kort behandeld en wordt per heffing via een vast format inzicht gegeven in de kosten die (vanuit de diverse taakvelden en extracomptabel) aan de heffing worden toegerekend. De gehanteerde tariefstelling, geraamde baten en eventuele achterliggende beleidskeuzes worden ook per heffing aangeven.
Onafhankelijk van de aard en samenstelling van de overhead kan deze worden toegerekend aan de directe kosten van de taakvelden. Deze toerekening vindt voor heffingen extracomptabel plaats. Voor wat betreft het toerekenen van overhead aan de tarieven is gekozen voor een systematiek waarbij de totale overhead op taakveld 0.4 op basis van de volgende formule wordt verdeeld:

Opslag taakveld = 
aan heffing toegerekende directe loonkosten x (totale overheadkosten / totale loonkosten directe producten)


Hieronder is, per heffing, aangegeven wat het percentage kostendekkendheid is voor de afvalstoffenheffing, rioolheffing, begraafrechten, marktgelden en leges. Hierbij is inzichtelijk gemaakt welke kosten en inkomsten dit betreft, rekening houdend met de uitgangspunten conform het BBV.
Voor de afvalstoffenheffing en rioolheffing wordt het saldo onttrokken uit de egalisatievoorziening om te komen tot een 100% kostendekkendheid. De btw is een toegestaan onderdeel van de berekening/tarief.

Afvalstoffenheffing
Afvalstoffenheffing wordt geheven van percelen waarvoor een inzamelplicht voor huishoudelijke afvalstoffen bestaat. De verschillen tussen de werkelijke lasten en baten voor de afvalstoffenheffing worden verrekend met de egalisatievoorziening. Hierdoor is de kostendekkendheid altijd 100%.

Berekening van kostendekkendheid van de afvalstoffenheffing

  2026

(Bedragen x € 1.000 )

Kosten taakveld afval 8.470
Inkomsten taakveld afval, excl. heffingen -26
Netto kosten taakveld 8.444
Toe te rekenen kosten kwijtschelding 238
Overhead 135
btw op exploitatie en investeringen 1.747
Totale kosten 10.565
Opbrengst heffingen -10.565
Dekkingspercentage 100%

 

Tarieven afvalstoffenheffing en beleidskeuzes
De afvalstoffenheffing in de gemeente Gooise Meren is gedifferentieerd naar de grootte van het huishouden in de vorm van een éénpersoonshuishouden en een meerpersoonshuishouden. Hiermee wordt zoveel mogelijk recht gedaan aan het principe ‘de vervuiler betaalt’ en blijft de uitvoering van de heffing praktisch uitvoerbaar.

Rioolheffing
Rioolheffing wordt geheven van de eigenaar (woning) of gebruiker (bedrijf) van een perceel van waaruit water direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd. De gemeente is wettelijk verplicht om haar zorgplichten voor afval- hemel- en grondwater na te komen. De verschillen tussen de werkelijke lasten en baten voor de rioolheffing worden verrekend met de egalisatievoorziening. Hierdoor is de kostendekkendheid altijd 100%. Op grond van het vastgestelde Gemeentelijk Rioleringsplan 2023-2026 is de rioolheffing bovenop de inflatiecorrectie met 2,5% verhoogd.

Berekening van kostendekkendheid van de rioolheffing

2026

( Bedragen x € 1.000)

Kosten taakveld riolering 6.805  
Inkomsten taakveld riolering, excl. heffingen -492
Netto kosten taakveld 6.313 
Overhead 465 
btw op exploitatie en investeringen 1.003 
Totale kosten 7.782 
Opbrengst heffingen -7.782 
Dekkingspercentage 100%

Toelichting

De kostendekkendheid van de rioolheffing is 100% door een onttrekking  van € 450.000 aan de Voorziening Egalisatie Rioolheffing.

 

Tarieven rioolheffing en beleidskeuzes
Bij de harmonisatie van de tarieven voor de rioolheffing is er voor gekozen om voor woningen een vast bedrag per aansluiting te heffen van de eigenaar. De kosten van het leggen van riolering en overige voorzieningen zijn voornamelijk vaste kosten. De mate van gebruik van de voorzieningen per individueel perceel heeft over het algemeen slechts een klein effect op de totale kosten. Dit rechtvaardigt het gebruik van een vast bedrag. 
Voor niet-woningen is gekozen om de rioolheffing te baseren op het waterverbruik en te heffen van de gebruiker. De tariefklassen zijn zodanig ingedeeld dat dit het effect heeft van een vast bedrag per aansluiting, maar waarbij de echte grootverbruikers extra bijdragen. 


Begraafplaatsrechten
Begraafplaatsrechten worden geheven voor het gebruik van de begraafplaats en het gebruik van de diensten die daarbij worden verleend. De gerealiseerde opbrengst is al een aantal jaar relatief stabiel en is hoofdzakelijk afhankelijk van het aantal begrafenissen en de opbrengst van het jaarlijks onderhoudsrecht. Voor 2026 is de geraamde opbrengst verhoogd met het inflatiepercentage. 

Berekening van kostendekkendheid van de begraafrechten

2026 

(Bedragen x € 1.000)

Kosten taakveld begraven 15.061 
Inkomsten taakveld begraven, excl. heffingen -1.217 
Netto kosten taakveld 13.844 
Overhead 6.614
Totale kosten 20.458
Opbrengst heffingen -10.186
Dekkingspercentage 50%

Tarieven begraafplaatsrechten
De verordening kent een tarieventabel met een uiteenlopend aantal tarieven voor verschillende diensten. Voor begraafplaatsrecht wordt gestreefd naar een kostendekkendheid van minimaal 50%. Dit streefpercentage is gebaseerd op de werkelijke kostendekkendheid in de afgelopen jaren.

Marktgelden
Marktgelden worden geheven voor het gebruiken van openbare grond c.q. het innemen van een standplaats op het marktterrein, gedurende de tijd dat het markt is. De opbrengst is afhankelijk van de daadwerkelijke bezetting van de weekmarkt. Voor 2026 is de geraamde opbrengst met het inflatiepercentage verhoogd. 

 

Berekening van kostendekkendheid van de marktgelden

2026 

(Bedragen x € 1.000)

Kosten taakveld marktgelden 163
-Inkomsten taakveld marktgelden, excl. heffingen -12
Netto kosten taakveld 151
Overhead 91
btw 13
Totale kosten 256
Opbrengst heffingen -119
Dekkingspercentage 46%

Tarieven marktgelden
Het marktgeld bedraagt een tarief per vierkante meter ingenomen ruimte. Voor marktgelden wordt gestreefd naar een kostendekkendheid van minimaal 50%. Dit streefpercentage is gebaseerd op de werkelijke kostendekkendheid in het afgelopen jaar.

Leges
Leges worden geheven voor het door de gemeente verlenen van diensten zoals opgenomen in de tarieventabel behorende bij de Legesverordening. Deze tarieventabel bestaat uit drie titels: Algemene dienstverlening, Dienstverlening vallend onder de fysieke leefomgeving (omgevingsvergunningen) en Dienstverlening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn (specifiek voor ondernemers). Binnen de drie titels zijn de leges onderverdeeld in hoofdstukken waarbinnen de samenhangende tarieven zijn geclusterd. 
De opbrengsten zijn in de begroting niet op hoofdstukniveau opgenomen, maar zijn functioneel gegroepeerd. Van een aantal diensten wordt namelijk dusdanig weinig gebruik gemaakt dat het apart opnemen van een raming geen meerwaarde heeft.

Het totaal percentage kostendekkendheid aan leges (titel 1, 2 en 3) bedraagt 74%.

 

Berekening van kostendekkendheid van de leges 

2026

(Bedragen  x € 1.000)

Kosten taakvelden

4.311
Overhead 2.144
Totale kosten 6.455
Totale opbrengsten -4.772
Dekkingspercentage 74%

Onder algemene dienstverlening valt bijvoorbeeld Burgerlijke stand, reisdocumenten en rijbewijzen.

Berekening van kostendekkendheid van de leges Titel 1; Algemene dienstverlening

2026

 (Bedragen x € 1.000)

Kosten taakvelden 1.198  
Overhead 493
Totale kosten 1.691
Totale opbrengsten -1.380
Dekkingspercentage 82%

5Onder algemene dienstverlening valt bijvoorbeeld Burgerlijke stand, reisdocumenten en rijbewijzen.

Berekening van kostendekkendheid van de leges Titel 2; Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

2026

(Bedragen x € 1.000)

Kosten taakvelden 2.740 
Overhead  1.487
Totale kosten 4.226
Totale opbrengsten -3.356
Dekkingspercentage 79%

Onder Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning valt de omgevingsvergunning.

Berekening van kostendekkendheid van de leges Titel 3; Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

2026

(Bedragen x € 1.000)

Kosten taakvelden 373 
Overhead  165
Totale kosten 538
Totale opbrengsten -36
Dekkingspercentage 7%

Onder Dienstverlening vallend onder Europese richtlijnen valt bijvoorbeeld horeca, organiseren van evenementen en markten.

Kwijtscheldingsbeleid

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Kwijtscheldingsbeleid

Belastingplichtigen die de belastingschuld niet kunnen voldoen door het ontbreken van (voldoende) vermogen of inkomen kunnen kwijtschelding aanvragen. Het beleid dat hierbij gehanteerd wordt, ligt vast in de Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen. Alleen voor de afvalstoffenheffing wordt in 2026 kwijtschelding verleend. Voor andere gemeentelijke belastingen wordt geen kwijtschelding verleend.

Het bedrag aan kwijtschelding voor afvalstoffenheffing worden als kosten meegenomen bij het bepalen van de tarieven. Over het jaar 2026 is naar verwachting het bedrag aan kwijtschelding € 238.000.

Algemene ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen - Algemene ontwikkelingen

De gemeente is voor de inkomsten voor het overgrote deel afhankelijk van inkomsten vanuit de Rijksoverheid. Daarbij zorgt de huidige financieringssystematiek voor schommelingen in inkomsten bij de gemeenten en biedt beperkte ruimte voor autonomie. Vanuit het VNG is er overleg met het Rijk voor meer mogelijkheden voor de gemeente om belasting te heffen. De lastenverzwaring voor inwoners dient vervolgens teruggesluisd te worden via lagere inkomstenbelastingen. Momenteel liggen er voorstellen over de verruiming op lokaal belastinggebied.