Programma 5 Duidelijke en transparante dienstverlening

Tot op heden worden er wel kosten gemaakt en inkomsten verkregen uit woningontruiming, maar daarvoor is nooit budget opgenomen. Daarom worden er budgettair neutraal zowel uitgaven als inkomsten begroot.

Financiële gevolgen in Begroting 2025: € 25.000 budgettair neutraal, stijging lasten en baten (structureel)

De onderhandelingen voor de CAO-gemeenten hebben nog niet geleid tot een definitieve CAO. Deze wordt in juni verwacht. In de begroting 2025 is uitgegaan van een salarisstijging van 6% (= € 2,5 miljoen). Op grond van de onderhandelingen verwachten we dat hiervan een deel kan vrijvallen.
De financiële gevolgen van de nieuwe CAO met betrekking tot de salarissen worden zoals gebruikelijk in het 2e Voortgangsverslag 2025 meegenomen. Hierbij nemen we ook en eventuele andere aanpassingen voor het personeelsbudget mee. 

De regering heeft besloten dat met de invoering van het nieuwe pensioenstelsel ook de Appa-pensioenaanspraken van politieke ambtsdragers in een pensioenfonds ondergebracht moeten worden. Dit zal naar verwachting per 1 januari 2028 plaatsvinden. Dat betekent dat per die datum de genoemde voorzieningen toereikend moeten zijn. 
Door het moeten laten vervallen van of toevoegen aan opgebouwde voorzieningen ten gevolge schommelingen in de rekenrente kunnen mogelijk aanzienlijke tekorten ontstaan op het moment van overdracht per 01-01-2028. Een lagere rekenrente in het laatste jaar voor de overdracht kan een aanzienlijk gevolg hebben. 
Op grond van het BBV kan de voorziening tegen nominale waarde worden verantwoord. Dit heeft als gevolg dat rente-effecten geen rol meer spelen en de middelen voor de berekende nominale verplichting in de voorziening zijn opgenomen. Het voordeel van de verantwoording van de voorziening tegen nominale waarde is dat de voorziening niet meer gevoelig is voor de (ontwikkeling van de) rekenrente tot het moment van de kapitaaloverdracht naar het ABP. Het nadeel van deze optie is dat de voorziening op basis van de stand per 31-12-2024 moet worden opgehoogd met € 815.000. Het is aan de gemeenteraad om bij de berekening van de pensioenverplichting geen rekening meer te houden met de rentecomponent. Er dergelijke wijziging is wel een stelselwijziging die (in het lopende boekjaar) als zodanig moet worden verwerkt middels onder andere een raadsbesluit en/of een begrotingswijziging. Omdat een financieel effect op termijn onvermijdelijk is wordt voorgesteld om nu al te besluiten de voorziening tegen nominale waarde te waarderen en een extra toevoeging aan de pensioenvoorziening te doen. Dit heeft als neveneffect dat een grote toevoeging of vrijval van de voorziening bij de jaarrekening sterk wordt beperkt.

Beslispunt 1 voorzieningen: De voorziening pensioenen (als onderdeel van de voorziening Wachtgeld en pensioenen) met ingang van 2025 tegen nominale waarde te verantwoorden.

Financiële gevolgen in Begroting 2025: € 815.000 nadelig (incidenteel)

In het 1e Voortgangsverslag 2024 is het budget voor dienstverlening Rekenkamer verplaatst omdat het programma Dienstverlening niet langer werd gebruikt. Deze verschuiving van budget is niet juist verwerkt. Dat wordt nu gecorrigeerd. Dit betreft een budgettair neutrale wijziging over programma’s heen.

Financiële gevolgen in Begroting 2025: € 50.000 budgettair neutraal, voordeel op deelprogramma 6.1 overhead en nadeel op deelprogramma 5.4 (incidenteel in 2025 en 2026)

De kosten van de WOO (betreffende 2025 en 2026) zijn in het 1e Voortgangsverslag 2024 per abuis uit de begroting verdwenen. Dit wordt bij deze hersteld. 

Financiële gevolgen in Begroting 2025: € 95.000 nadelig (incidenteel in 2025 en 2026)